Ton van 't Hof's Blog: Ton van ’t Hof, page 9

July 30, 2025

Sentences, Robert Grenier (4)

///

what a weird deserted place New Hampshire is

///

wat een vreemde verlaten plek is New Hampshire

///

New Hampshire is een kleinere, bosrijke staat in het noordoosten van de VS, half zo groot als Nederland. Er wonen 1,3 miljoen mensen. New Hampshire is ook de naam van een piepklein dorp op het platteland van Ohio. Vijftig huizen, een kerk, een natuurvoedingswinkeltje en een miniwegrestaurant. Je loopt er in een kwartiertje omheen.

 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on July 30, 2025 01:18

July 28, 2025

Sentences, Robert Grenier (3)

///

lakeshore spondee

///

zeekust spondee

///

Op Google Maps vind ik geen oever van een meer genaamd Spondee. Een spondee is een versvoet van twee beklemtoonde lettergrepen. Greniers ‘lakeshore spondee’ is een versregel van twee spondeeën. Vind maar eens een Nederlands woord van twee beklemtoonde lettergrepen voor ‘lakeshore’. Mijn noodoplossing: zeekust.

 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on July 28, 2025 06:03

July 27, 2025

Schetsboek (3)

Miedwei, Brantgum, Ton van ‘t Hof, 2025, gouache op papier, 20,6 x 14,7 cm
 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on July 27, 2025 09:26

Sentences, Robert Grenier (2)

///

fortunately we ate everything we bring

///

gelukkig aten we alles wat we meebrachten

///

Hoezo gelukkig? Hebben we hier met een picknick van doen? Aten ze alles op? Hoefden ze geen restjes mee terug te nemen? Context is niet alles, maar wel veel.

 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on July 27, 2025 06:54

Sentences, Robert Grenier (1)

In 1978 verscheen Robert Greniers monumentale werk Sentences, vijfhonderd minimalistische gedichten, gedrukt op vijfhonderd losse kaartjes, opgeborgen in een uitklapbare doos. De gedichten kunnen in willekeurige volgorde worden gelezen. Veertien jaar geleden begon ik aan de vertaling ervan, maar kwam niet verder dan 84 gedichten. Vanaf vandaag pak ik de draad weer op. ‘Sentences’: (1) (vol)zinnen; (2) vonnissen.

 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on July 27, 2025 02:07

July 26, 2025

Wie dorst Valdemar, Tonnus Oosterhoff

Een absurdistisch vers over ene Valdemar en ene Wiemand, de heimelijke reus: de één bijt, de ander slaat en beiden gaan dood, maar worden niet begraven. En dan is het verhaaltje uit, althans als het lichtknopje wordt gevonden. Uit Tonnus Oosterhoffs bundel Ja Nee (2017). 

 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on July 26, 2025 06:58

July 25, 2025

Het eiland, Paul Blackburn

Werk nog altijd aan de vertaling van Paul Blackburns cyclus ‘The Ale House Poems’ uit zijn bundel In . On . Or About the Premises (1968). Blackburns huwelijk is op de klippen gelopen en hij brengt meer tijd in zijn stamkroeg (McSorley’s Old Ale House, Manhattan) door dan thuis. Hij treurt, drinkt en schrijft. In het vijftiende gedicht uit de cyclus wordt op meesterlijke wijze de sfeer van een halflege kroeg op een zonnige namiddag, lente in aantocht, geschilderd. 

HET EILAND

Er staan zes kerels aan de bar
& er zitten zeven kerels aan tafeltjes
nu acht
nu negen
de zestiende gozer is naar het toilet
Matty achter de bar
George achterin .
Er heerst stilte & er worden 2 gesprekken gevoerd
soms 3 .
Het is 9 maart, half vier ’s middags

De ventilator in het raam op het oosten
maakt het meeste lawaai in deze openbare ruimte
of de kat achter me
die slaapt in het zonnetje
verbleekt tafelblad, gouden
fonkeling van bier .
 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on July 25, 2025 05:36

Schetsboek (2)

Poelewei, Waaxens, Ton van ‘t Hof, 2025, gouache op papier, 20,6 x 14,7 cm
 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on July 25, 2025 03:52

July 24, 2025

Schetsboek (1)

Kreeg vorige week een schetsboek, penselen en een setje gouachetabletten cadeau, met als onderliggende boodschap: pak naast alle digitale ijver ook het ‘echte’ werk weer eens op. Hield vandaag voor het eerst in dertig jaar een marterharen penseel vast, wat uiteraard even wennen was, maar tegelijk bijzonder goed voelde.

Medwerterwei, Holwert, Ton van ‘t Hof, 2025, gouache op papier, 20,6 x 14,7 cm
 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on July 24, 2025 04:22

July 23, 2025

Dat is geen boom, Jan-Willem Anker

Van een poëzierecensent wordt verwacht dat hij zijn goed- of afkeuring over poëzie beargumenteerd uitspreekt. Het betreft dus een gemotiveerde persoonlijke mening met een beperkte geldigheid of waarde, niet meer, maar ook niet minder.

Jan-Willem Anker debuteerde in 2005 met de bundel Inzinkingen, waarvoor hij de Jo Peters Poëzieprijs ontving. Het openingsgedicht luidt zo:

DAT IS GEEN BOOM

Het is een vrouw die met haar bontjas schudt.
Als een loopvogel duwt ze de huizen omver,
wringt zich tussen stenen met haar verendos.

Dat ze haar volgelingen onder de voet loopt,
deert haar niet. Een schaafwond lacht ze weg.
Een wufte oogopslag smoort elk protest.

In de tuin verbruinen zeven van haar vingers.
Ze spreken tot elkaar in ruisende gebarentaal,
herhalen aan de grond patronen in het zwerk.

Wat een bagger. Dit vind ik een heel slecht gedicht, tenzij. Het staat in het teken van beeldspraak, draait om een boom die niet realistisch wordt omschreven maar door beelden tot uitdrukking gebracht. De boom is geen boom maar ‘een vrouw die met haar bontjas schudt’. Je probeert het je voor te stellen. Heeft de vrouw de bontjas aan of schudt ze de jas als een deken uit? Beide beelden kan ik maar moeilijk in verband brengen met een boom. Het bont doet me nog wel aan bladeren denken, maar wat moet ik met schouders, nek en hoofd van de vrouw? Vreemd gevormde boom, denk ik dan.

De beeldspraak in regels twee en drie is eveneens gezocht: ‘Als een loopvogel duwt [de vrouw = de boom] de huizen omver, [als een loopvogel] wringt [de vrouw = de boom] zich tussen stenen met haar verendos.’ Tracht je hier maar eens een denkbeeld van te vormen! Ik heb nog nooit een loopvogel (struisvogel, nandoe, emoe of kiwi) een huis omver zien duwen, of moet ik dit figuurlijk nemen: van een afstandje lijkt het alsof de loopvogel = de vrouw = de boom de huizen (kennelijk staat de boom nabij huizen) omver duwt. Staat de betreffende boom soms scheef? En wat moet ik met een loopvogel die zich met zijn verendos = vrouw die zich met haar haardos = boom die zich met zijn bladeren tussen stenen wringt? Met moeite dringt zich het beeld van een scheef staande treurwilg aan me op, in de nabijheid van huizen en met takken die hangen tot op een terras of stoep. En de vrouw uit regel één? Die schudt haar bontjas kennelijk bóven haar hoofd uit.

Tweede strofe. Over ‘volgelingen’ die door de vrouw = de boom emotieloos onder de voet worden gelopen. Het zou hier kunnen gaan over kiemplantjes die in de schaduw van de treurwilg geen kans op overleving hebben, zou. Vervolgens doet de ‘schaafwond’ me nog denken aan ontvellingen die ik zelf als jonge jongen tijdens klimpartijtjes opliep of aan boombast aanbracht, maar met de ‘wufte oogopslag’ die elk protest smoort weet ik me geen raad. Dat je tegen bomen kunt protesteren laat de rijdende rechter telkens weer zien, maar een treurwilg met een frivole blik is me toch te gortig.

De slotstrofe is vooral overbodig. De boom wordt in een tuin gezet, krijgt bruine takken, ruisende bladeren en onder zich nog wat schaduw. Het woord ‘verbruinen’ is een neologisme, gekozen naar analogie van vergelen vermoed ik, waar het woord bruinen, dat bruin worden of maken betekent, echter al bestaat. Bovendien zíjn de takken van een treurwilg (is het wel een treurwilg?) van zichzelf al bruin, het is me dus een raadsel waarom hier voor ‘verbruinen’ gekozen is. Enfin. That’s it. Een schamel gedicht. Tenzij we de titel letterlijk nemen. Tenzij dit gedicht inderdaad geen boom maar enkel een vrouw beschrijft, een heks, wicca o.i.d. Dat zou wat zijn.

 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on July 23, 2025 07:38

Ton van ’t Hof

Ton van 't Hof
Aantekeningen
Follow Ton van 't Hof's blog with rss.