Lisa Weeda's Blog, page 15
October 16, 2017
Christian von Steffelin maakte dit geweldige fotoboek over het...

Christian von Steffelin maakte dit geweldige fotoboek over het Palast der Republik: http://www.hatjecantz.de/christian-von-steffelin-2614-0.html
Het pand staat er niet meer, vanwege asbest, maar werd in 1976 gebouwd in Berlijn en de SED (volkspartij) hield hier vergaderingen en congressen, maar het was ook voor het volk: Palast der Republik had onder meer verschillende eetzalen, een wijnbar, espressobar en zelfs een bowlingbaan.
Check hier een videodocu over het Palast: https://www.youtube.com/watch?v=I7JoBOkidmU.
Hier nog wat meer links: http://www.uncubemagazine.com/blog/1064263
Thorsten Klapsch maakte overigens ook een fotoserie over dit gebouw, die vind ik minder mooi - beetje meer super vintage ofzo. Wel schreef deze Amerikaanse vrouw een hilarische blog over (super pro-Amerika) Palast der Republik en gebruikt ze de foto’s van Klapsch. Enjoy, het is super kort door de bocht. http://erinwilliamsondesign.com/design-crisis/cold-war-chic
October 11, 2017
October 9, 2017
Tjitske Jansen - Het moest maar eens gaan sneeuwen

Tjitske Jansen - Het moest maar eens gaan sneeuwen
[]Je vergeet haar te vragen of ze nog melk in haar koffie wil. Ze zit aan jouw eettafel. Ze slaat de...
[]
Je vergeet haar te vragen of ze nog melk in haar koffie wil. Ze zit aan jouw eettafel. Ze slaat de krant open op de binnenland pagina, iemand heeft fraude gepleegd, de BTW gaat omhoog, een politicus stapt op. Laatst heeft ze zelf de melk meegenomen, een klein pak, halve liter, uit een stationssupermarkt. Het had je op moeten vallen dat ze dit in je koelkast zette, maar je las een boek of een e-mail of scrolde door het internet of moest nog iemand bellen of wilde een televisieserie kijken.
[[]]
Je loopt niet met haar mee naar de deur als ze vertrekt. Ze staat op van de bank, loopt de gang in, doet haar jas aan, slaat haar sjaal om. Even staat ze stil voor je deur met haar tas in de hand. Ze doet haar ogen dicht, legt haar hoofd in haar nek, luistert naar hoe jij de muziek wat harder zet - ze gaat, jij vindt dit nummer zo mooi. Toen ze voor het eerst bij je sliep lag je alleen in een boxer in bed. De herfst was begonnen. Zo’n dag dat het af en aan regende en droog was. Ze douchte, droogde zich midden in je kamer af, hing de handdoek over de stoel van je werktafel, liep schuin voor je bed langs naar de openstaande deuren van je kledingkast, waar een stapeltje kleren van haar op de grond lag. Ze trok haar BH, slipje, coltrui, spijkerbroek, sokken en sneakers aan. Langzaam maakte ze een knotje van haar natte haren, deed haar twee gouden ringen om haar smalle vingers en zei je gedag. Je zei hetzelfde terug, knikte kort, lag even met je armen onder je hoofd naar het plafond te kijken, bewoog je tenen, kneep je ogen dicht. Daarna sloeg je de deken van je af en rende twee trappen naar beneden. Je drukte je hand op haar schouder, liet haar zich omdraaien, kuste haar. Zoals in slechte films, met haar wangen tussen je handen, je handen door haar haren, langs haar rug naar beneden en tot slot je armen om haar heupen.
[[[]]]
Ze merkte eens op dat jouw manier van afscheid niet proper was. Niet echt, niet in het moment. Vluchtig. Jij zei dat jij met vluchtig gedag zeggen enkel dacht aan terug komen. Dat tussen gedag zeggen, wegfietsen en weer begroeten gewoon de dag zat. Of de week. Gewoon, het leven. Je vergat dat het leven ook het rustig kussen in een deuropening kan zijn. Je hand nog even op haar heup, haar onderlijf nog even naar je toe trekken, haar knieën tegen die van jou, haar handpalm in je hals. Ze zei dat jouw manier van gedag zeggen haar verdrietig maakte. Nu ja, in ieder geval minder vrolijk stemde. Ze sloeg haar blauwe ogen naar je op. Jij lachte, wuifde met je hand, haalde je schouders op, keek om naar het fietsenrek, pakte even haar hand vast, drukte een kus op haar besproete wang en liep het bordes af.
[[[[]]]]
Er zijn even veel meisjes om gelukkig mee te worden als er steden op de wereld zijn. Dat dacht je. Misschien heb je je vergist. Misschien dacht je dat iedereen bij jou bleef en jij altijd weg kon gaan. Of, dat je terug mocht komen wanneer je wilde.
[[[]]]
Ze staat in de gang en klemt haar vingers om de handgreep van haar tas. Ze haalt adem en probeert de druk tegen haar keel weg de slikken. Alsof iemand een vuist tegen haar adamsappel drukt. De lucht glijdt niet naar binnen, hij raspt. Ze veegt met haar andere hand een traan weg die vanuit haar ooghoek bijna haar wang oploopt. Ze vangt het zilte water op en veegt het af aan haar jas. De herfst is begonnen. Zo’n dag dat het af en aan regent en droog is. Dat je binnen moet blijven. Dat je nergens heen moet. Niet moet gaan. Dat iemand je terug de dekens in moet trekken, de muziek uit zet en vraagt welke film je wil kijken, thee voor je maakt of snel naar de supermarkt fietst voor extra melk in de koffie - cappuccino, opgeklopt melkschuim. Boterkoek, seks, bestelde pizza.
[[]]
Ze legt de krant weg en vraagt hoe lang het nog gaat duren voor je bij haar intrekt. We kunnen ook iets bouwen, zegt ze, of een woonboot nemen, naar een ander land vertrekken, het maakt me niet uit. Ze neemt nog een slok thee en verslikt zich erin. Ze hoest. Je voelt het bloed van je wangen richting je slapen lopen. Je weet niet of je eerst antwoord moet geven of haar op haar rug moet kloppen. Je denkt aan haar tafel die dan in een onbekende woonkamer staat; jullie woonkamer. Aan jouw kunstboeken tegen die van haar geleund, kaarsen die zij aansteekt als het winter wordt, de zomers dat jullie in het raamkozijn zitten, zij met haar blote, geschoren benen tegen jouw knieën aan. Het nog even omlopen om een meloen op de markt te kopen, nachten dat ze na een uit de hand gelopen feest
dronken
naast je in bed ploft, naakt, je wakker maakt met haar huid tegen jouw t-shirt, bezwete lippen, haren die naar bier ruiken, een zoute adem, handen die je schouders in het matras drukken. Je staat op van tafel en loopt de gang in. Je drukt je hoofd tegen het glas van het raam van de keuken, je loopt heen en weer over de koude tegels. Ze hoest nog eens. Je denkt aan de dagen tussen weggaan en terug komen. Aan hoe er niets mis is met thuiskomen. Je loopt weer de kamer in, klopt haar op haar schouder en geeft haar een kus. Je gaat tegenover haar zitten, trekt de krant naar je toe en slaat open op de cultuurpagina.
[]
Het wordt herfst. Je draait je om met je gezicht in je kussen, draait je om met je gezicht naar het plafond, je draait je hoofd naar de kast, het bureau, de muur. Je pakt je telefoon van het matras en kijkt erop. Het regent af en aan.
October 5, 2017
October 4, 2017
Known and Strange Things - Teju Cole
The more photographs shock, the more difficult it is for them to be pinned to their local context, and the more easily they are indexed to our mental library of generic images. What, then, are we to do with a thrilling photograph that is at the same time an image of pain?
There you are watching another death on video. In the course of ordinary life - at lunch or in bed, in a car or in the park - you are suddenly plunged into someone else’s crisis, someone else’s horror. It arrives absurdly, in the midst of banal things.
A video introduces new elements into the event it records. It can turn a private grief into a public spectacle, and set popular opinion at odds with expert analysis. Within the space of a year, I saw too many such videos.
This was not only the scene of a crime. It also made visible things that were not apparent in the video: the last view Scott saw, the exit from the lot, the unnerving quietness of the area, the banality of dying in a side lot off a side street in an unremarkable town. And being there also revealed, in the negative, the peculiarities of the video, peculiarities common to many videos of this kind: the combination of a passive affect and the subjective gaze, irregular lighting and poor sound, the amateur videographer’s unsteady grip and off-camera swearing. Taken by one person (or a single, fixed camera) from one point of view, these videos establish the parameters of any subsequent spectatorship of the event. The information they present is, even when shocking, necessarily incomplete. They mediate, and being on the lot helped me remove that filter of mediation somewhat.
[…] So epic and cinematic were the photographs from the Maidan that it took some effort to remember that they were first and foremost news images, unstaged depictions of real, ongoing human suffering.
October 2, 2017
Travel is useful, it exercises the imagination. All the rest is disappointment and fatigue. Our...
Travel is useful, it exercises the imagination. All the rest is disappointment and fatigue.
Our journey is entirely imaginary. That is its strength.
It goes from life to death. People, animals, cities, things, all are imagined.
It’s a novel, just a fictitious narrative. Littré says so, and he’s never wrong.
And besides, in the first place, anyone can do as much. You just have to close your eyes.
It’s on the other side of life.
-
Louis-Ferdinand Céline - Journey to the End of the Night

September 27, 2017
"In the beginning God created the Internet. And the Internet was without form, and void; and God..."
In the beginning God created the Internet. And the Internet was without form, and void; and God said, let there be Content; and there was Content. And God divided the content among Facebook and Twitter, YouTube and Instagram, Snapchat and Tumblr.
And God said, Let the Content multiply at the hand of the people; it can really be anything.
Even, just, like, playing yogurt cups like bongos, the Lord God said. Or reviewing a Bath and Body Works candle. It’s wide open.
Except nipples, God added. Just women’s nipples are off limits.
[read more ↓ ]
”- https://www.mcsweeneys.net/articles/and-on-the-eighth-day-god-created-content
September 24, 2017
Met
te veel keuzemogelijkheden komt onverschilligheid.
Met
te veel keuzemogelijkheden komt onverschilligheid.
Lisa Weeda's Blog
- Lisa Weeda's profile
- 45 followers
