Merel Wildschut's Blog, page 47

Kokosrijst met pindasaus

Sinds een maandje of twee heb ik een werkplek in het centrum van Rotterdam. Dat betekent dat ik iedere dag – of in elk geval de dagen dat ik buiten de deur ga werken – moet nadenken over wat ik als lunch wil eten. In het centrum van Rotterdam zitten veel te veel verleidelijke plekken om iets lekkers te gaan eten, maar dat kan ik natuurlijk niet iedere dag doen. Dus ik moet gewoon ‘braaf’ mijn eigen lunches meenemen. Gezonder en goedkoper! Deze kokosrijst met groenten en pindasaus is warm als hoofdgerecht lekker, maar ook de volgende dag koud als lunch heel geschikt om mee te nemen!

Momenteel ben ik best wel into rijst. Ik vind het lekker om rijst in salades en soepen te verwerken – doen jullie dat ook? Ik gebruik standaard fairtrade rijst van Fair Trade Original – in dit geval Pandanrijst, maar ik eet ook graag basmati rijst.

Wat dit recept eigenlijk helemaal af maakt? Gebakken tofu. Ja, dat doe ik een volgende keer. Wil je weten hoe je tofu lekker kunt bereiden? Want ja, ik weet het, dat is nog best wel een uitdaging. Maar met deze tips (klik!) moet het echt lukken iets lekkers te fabriceren van dat kale blok tofu ;)

Het recept is geïnspireerd door dit recept van Host the Toast, maar dan vereenvoudigd en aangepast.

Wat heb je nodig voor 1 flinke portie of 2 bijgerechten?



100 gram Fair Trade Original Pandan rijst

200 ml kokosmelk, ook van Fair Trade Original (+ extra indien nodig)

een halve komkommer, gesneden

1 wortel, gesneden

een stuk rode kool, gesneden

1 bosui, gesneden

1 stengel bleekselderij, gesneden

handje cashewnoten

verse koriander

zeezout-kokos-citroen kruidenmix van Fair Trade Original 

voor de pinda-gember saus:



2 eetlepels pindakaas

1 eetlepel rijststroop, maple syrup of agave

1 eetlepel azijn

1 theelepel sesamolie

1/2 theelepel gemberpoeder

Wat ga je doen?



1. Doe de kokosmelk in een pan en breng langzaam aan de kook. Voeg de rijst al roerend toe en breng opnieuw aan de kook. Doe de deksel op de pan, verlaag het vuur en laat 8-10 minuten koken. Houd de rijst goed in de gaten en voeg eventueel extra kokosmelk toe als het de droog is.

2. Doe alle gesneden groenten in een kom.

3. Mix de ingrediënten voor de pindasaus. Voeg wat water toe om het dunner te maken. (Je kunt de saus ook nog eventjes warm maken in de magnetron of pannetje.)

4. Schep de rijst door de kom met de groenten en schenk de pindasaus erover. Serveer met met de kokos-citroen-zeezoutmix, cashewnoten en koriander.

Normaal gesproken ben ik niet zo van de kant-en-klare kruidenmixen (ik maak ze graag zelf,) maar deze zeezout mix met kokos en citroen is echt heel erg lekker! Soms is het gewoon een uitkomst, lekker snel en makkelijk. Ook om mee te nemen, bijvoorbeeld naar je werk, om een lunchgerecht net wat meer smaak te geven. Ja, handig! :) Kennen jullie deze mix al?

Laat je het me weten als je dit recept gaat maken? Je weet hoe leuk ik het vind als je een foto met me deelt via Instagram! Dit kan met #degroenemeisjes. Dankjewel alvast en eet smakelijk! 

– Dit recept kwam tot stand in samenwerking met Fair Trade Original –

The post Kokosrijst met pindasaus appeared first on De Groene Meisjes.

Witte stoofpeertjes met dessertwijn en jasmijnthee

Koken met wijn, (en dan niet alleen in het glas erbij hè ;)), maar ook in het pannetje, is erg leuk en lekker en geeft mooie diepe smaken in je gerechten. In de winter wordt er natuurlijk veel gekookt met rode wijn en/ of port, maar voor dit gerecht kozen we voor een minder voor de hand liggende wijn. Namelijk: een dessertwijn! Probeer je alvast even voor te stellen: stoofpeertjes, dessertwijn, vanille en jasmijnthee. Ja, heb je al een beetje een beeld?

Koken met dessertwijn is dan misschien minder voor de hand liggend, maar daar kunnen ook zeker heel mooie recepten mee worden gemaakt. Deze wijnen zijn vaak intenser en zoeter in vergelijking tot de ‘gewone’ witte wijnen. Dit komt doordat de wijnmakers bijvoorbeeld gebruik maken van overrijpe druiven of een kortere gisting, waardoor er meer (natuurlijke) suikers in de wijn worden behouden. Wist je dat je ook kunt koken met champagne? Goed, laten we dat bewaren voor een volgende keer. Eén wijn per keer is wel even genoeg, dachten we zo.

We kozen voor een dessertwijn van ALDI. Betaalbaar, maar echt heel erg lekker. Op dit moment vind je de dessertwijn in het winterassortiment van ALDI, dus zorg dat je er op tijd bij bent! En wat kook je met een dessertwijn? Ja, logischerwijs dan toch een dessert. En wat voor één!

We wilden de winterse sferen een beetje vasthouden, dus kozen we voor stoofpeertjes – maar dan net even anders dan je gewend bent. Even geen rode wijn en kaneel, maar jasmijnthee en vanille! Dit klinkt misschien een beetje ingewikkeld of haute cuisine, maar dat is het zeker niet. Het zijn maar een paar ingrediënten en verder draait het er vooral om om de peren goed te tijd te geven deze smaken tot zich te nemen. Stoofperen maken is echt ontzettend eenvoudig – en toch ook wel een beetje een basisgerecht dat je minstens één keer moet hebben gemaakt deze winter.

Om er niet met de eer vandoor te gaan: Precilla bedacht en maakte dit recept. Ja, ik zeg het maar gewoon eerlijk zoals het is hè? Ik bemoeide me enkel een beetje met de food styling, maar verder keek ik vooral toe en hielp ik met opeten. Ik heb wel echt heel erg veel geluk met deze Masterchef Benelux in mijn bescheiden Rotterdamse keuken!

Wat heb je nodig? 

Goed voor ruim 4-6 porties

6 middelgrote stoofpeertjes; geschild

100/ 150 gram suiker (of minder, als je niet van heel zoet houdt,)

1 vanillestokje, gehalveerd

250 milliliter dessertwijn van de ALDI; Château Les Vignots. Dit is een zachte en zoete witte dessertwijn met een fruitige smaak.

250 milliliter water, om mee te beginnen, later in het proces kan er meer water worden toegevoegd.

2 zakjes jasmijn thee, of 3 eetlepels verse thee in een filterzakje

Wat ga je doen? 

– Pak een stevige middelgrote pan. We gaan beginnen met de basis van het recept.

– Voeg de suiker (150g), het water (250ml) en de dessertwijn (250ml) toe aan de pan.

– Leg de theezakjes erbij en zet het vuur op middelhoog.

– Snijd het vanillestokje doormidden en schraap met het puntje van het mes de binnenkant uit de stokjes. Voeg deze inhoud ook toe aan de pan, dit zorgt voor de mooie zwarte vanille spikkels, en de stokjes kunnen er ook los bij tijdens het koken.

– Breng dit in zijn geheel aan de kook en haal na 10 minuten de theezakjes uit de pan.

– Nadat de basis aan de kook is gebracht kan het vuur laag en is het tijd om de peertjes toe te voegen. Ik voeg er ook nog een scheut water aan toe (200ml) zodat de peertjes goed bedekt zijn met de smaakmakers.

– Ik heb ervoor gekozen de peertjes heel te houden. Dit ziet er leuk uit en je kan er allerlei kanten mee op bij het serveren. Wil je ze in kleinere stukjes in de pan doen? Dat kan zeker, houd ze dan wel wat beter in de gaten tijdens het koken, om te voorkomen dat de peertjes aanbranden of te slap worden.

– Bij het bereiden van stoofpeertjes is het een kwestie van de tijd nemen. Geef de peertjes minimaal  anderhalf uur de tijd. Het kan geen kwaad om de peertjes (ruim) twee uur op een zacht (echt laag!) vuurtje te laten stoven. Hoe langer de peertjes stoven, hoe meer de smaken worden opgenomen – en hoe lekkerder ze worden!

– Controleer altijd even met een mesje of de peertjes goed gaar zijn. Wanneer je gemakkelijk door de peertjes kunt prikken, weet je dat ze klaar zijn.

– De peertjes worden in hun geheel van wit naar mooi licht bruin gekarameliseerd. Dit gebeurt door de peertjes tijdens het stoven regelmatig te draaien, zodat ze goed bedekt blijven met de siroop. Je kunt tussendoor met een soeplepel wat extra siroop over de peertjes schenken.

– Haal de peertjes uit de siroop en laat het pannetje nog even op een middelhoog vuurtje staan. Gooi er nog een scheut dessertwijn bij en laat de siroop nog een kleine 10 minuten pruttelen. Lekker om straks over de peertjes en het ijs te schenken.

– Wij serveerden de peertjes met een bolletje vanille soja-ijs. En natuurlijk met wat extra siroop en een klein glaasje dessertwijn on the side ;)

Groene tips:  Mocht je na een avondje gezellig met vrienden eten en drinken nog een bodempje wijn over hebben, of staat er een flesje open en weet je dat deze niet zal worden opgedronken binnen de komende dagen? Pak dan een ijsklontjesvorm en giet daar de left-over wijn in en zet deze in de vriezer. Zo heb je altijd ‘wijnblokjes’ achter de hand voor het koken van je gerecht, zonder een nieuwe fles te openen. Handig en zo hoef je niks te verspillen!

En wist je dat je vanillestokjes – nadat je het vanillemerg eruit hebt gehaald – in een potje suiker kunt bewaren? Zo maak je heel gemakkelijk je eigen vanillesuiker. Lekker voor als je binnenkort (bijvoorbeeld,) een cake gaat bakken! And again: zo hoef je niks te verspillen. Zero waste baby :)

Laat je het ons weten als je dit recept gaat proberen? We vinden het heel erg leuk als je een foto met ons deelt! Dit kan op Instagram, door #degroenemeisjes te gebruiken. Zo kunnen we de foto’s gemakkelijk terugvinden. Dankjewel alvast, veel plezier bij het bereiden van de stoofpeertjes en eet smakelijk! 

– Deze blogpost is gemaakt in samenwerking met ALDI – Foto’s zijn gemaakt door Aline Bouma –

The post Witte stoofpeertjes met dessertwijn en jasmijnthee appeared first on De Groene Meisjes.

Waarom ik van Amsterdam naar Rotterdam verhuisde

Als je mijn blog al wat langer volgt, dan zal het je niet zijn ontgaan dat ik afgelopen zomer (ergens midden augustus,) van Amsterdam naar Rotterdam verhuisde. Ik verhuisde in mijn eentje, voor het eerst, en Rotterdam was nog redelijk nieuw voor me. Al kwam ik er al wel langer, maar ja, ergens komen en ergens wonen zijn toch wel twee verschillende dingen. Inmiddels ben ik behoorlijk ingeburgerd en heb ik het gevoel dat ik helemaal op mijn plek zit. Wat een lekker gevoel! Toch waren veel mensen verbaasd over mijn move. Grappig genoeg denken veel mensen dat het nooit heel veel toffer wordt dan in Amsterdam, dus waarom zou je de hoofdstad dan achter je laten?

Rotterdam is geen tweede keuze

Voor mij is Rotterdam helemaal geen tweede keuze. Ik zie Amsterdam namelijk niet als het ‘hoogst haalbare,’ zoals dat voor sommigen geldt. Ik heb zes jaar met heel veel plezier in Amsterdam gewoond, en ik moet ook eerlijk toegeven dat ik als jong meisje altijd al de wens had om ‘in de grote stad te wonen,’ maar op een gegeven moment was Amsterdam ook wel een beetje klaar. Ik blijf het een fantastische stad vinden, maar ik heb niet het gevoel dat ik er per se moet wonen. Natuurlijk, er gebeurt een hoop tofs, en het is een mooie stad, maar dat is Rotterdam ook. En Utrecht en Groningen en Maastricht ook. Er is meer buiten Amsterdam :)

Ik behoor zeker tot de groep mensen die heeft moeten ontdekken hoe tof Rotterdam is. Jaren geleden, toen ik hier alleen maar kwam om familie in de regio te bezoeken, dacht ik: wat moét je hier in vredesnaam? En toen ik hier wat vrienden leerde kennen was ik ook niet meteen heel erg enthousiast om deze kant op te komen. Maar toen die vrienden me kennis lieten maken met alle geweldige plekken die deze stad rijk is, was ik verkocht. De keuze om te verhuizen was heel erg snel gemaakt. Rotterdam is echt een stad die je even moet leren kennen.

Comfortabel wonen

Ik moest mijn huisje in Amsterdam uit en daar begon het allemaal een beetje mee. In Amsterdam woonde ik in een sociale huurwoning uit 1910. De hele straat moest worden gerenoveerd en dat betekende dat iedereen eruit moest. Natuurlijk had ik recht op een nieuwe woning, dus daar kon je ook bij begeleid worden, maar ik voelde al heel snel: dit kon wel eens een mooi moment zijn om eens iets anders te gaan doen.

Eerst was ik vastbesloten om deze gelegenheid aan te grijpen om naar Berlijn te verhuizen, maar door wat persoonlijke omstandigheden besloot ik dat het toch wel heel erg fijn was om in Nederland te blijven. Lekker bij mijn familie en vrienden in de buurt. Tot op de dag van vandaag ben ik blij met die keuze. Vrienden die mij steeds vaker enthousiast hoorden over Rotterdam moedigden me aan hier eens naar een huisje te kijken en zo geschiedde.

Ik plaatste een spontane oproep op Twitter. Mijn lieve huidige onderbuurvrouw reageerde en een paar dagen later stond ik een huisje in het mooie Rotterdam Bergpolder te bekijken. Ik was meteen verkocht, zei de volgende dag ja en kwam een paar weken later de sleutel ophalen. Jep, zo gemakkelijk ging dat. Ik kon het ook bijna niet geloven, aangezien een huis zoeken in Amsterdam echt een heel stuk lastiger gaat.

Inmiddels woon ik alweer een paar maanden met heel veel plezier mijn knusse, mooie huisje. Het is een jaren ’30 woning in Rotterdam Noord, op vijf minuten fietsen afstand van Centraal Station en tien minuten fietsen van alle andere dingen die ik nodig heb. Ik heb een nieuwe lievelingskoffietent (Coppi) op loopafstand, evenals meerdere supermarkten om uit te kiezen, en mijn visite kan gewoon pal voor de deur parkeren. Ik woon in een mooie en rustige, groene straat, mijn buren zijn aardig en mijn huis is betaalbaar. Mijn vriendin Wendy, die juist van Rotterdam naar Amsterdam verhuisde, voorspelde al: ik denk dat jij heel comfortabel kan wonen in Rotterdam. En ze had gelijk. Ik voel me hier veilig en relaxed en ik heb alles wat ik nodig heb. Een heel fijn gevoel!

Fijne werkplek

Inmiddels heb ik niet alleen een mooi huisje en leuke mensen om me heen in Rotterdam, maar ik ben ook nog eens een heel fijne werkplek rijker! Ik huur een vaste werkplek bij het hippe #Workmode, in een zijstraat van de gezellige Witte de Withstraat. (voor wie deze straat niet kent: hier moet je toch wel écht zijn geweest hoor, voor gezellige cafeetjes en restaurants!) Ik werk hier samen met allemaal leuke meiden, die ook allemaal ‘iets op internet doen,’ en het is tot nu toe echt één succes gebleken. Ik ben zo blij met een gezellige plek buiten de deur, waar ik gemotiveerd en gestructureerd kan werken. Zo maak ik ook een duidelijker scheiding tussen werk en privé – iets waar ik heel erg aan toe was.

Groene, vriendelijke stad

Rotterdam is misschien als je het heel letterlijk neemt niet zo groen als Amsterdam. Er zijn, denk ik, in verhouding minder bomen en meer industriële gebouwen. Het is natuurlijk een havenstad, waar Amsterdam net een openluchtmuseum is. Maar als je het iets minder letterlijk neemt, dan is Rotterdam des te groener. In deze stad gebeurt echt opvallend veel op het gebied van duurzaamheid en dat was ook een belangrijke reden voor mij om hier naartoe te verhuizen. Immers: meer toffe dingen op het gebied van duurzaamheid betekent meer inspiratie voor mijn blog! Los daarvan, het is ook waar mijn eigen interesse naar uit gaat en wat ik belangrijk vind voor mijn persoonlijke lifestyle.

Wat mij opvalt, is dat de sfeer onder de ondernemers hier in Rotterdam super goed is. Mensen gunnen elkaar veel en iedereen kent elkaar. Sowieso is Rotterdam wat dat betreft net een dorp – je komt altijd wel weer een bekende tegen. Super leuk vind ik dat!

Verder vind ik de mensen hier relaxed en wat nuchterder dan in Amsterdam. Zelf kom ik oorspronkelijk uit Friesland en kan ik niet heel goed tegen ‘Randstedelijk fancy-gedrag,’ nou, dan zit je in Rotterdam wel goed. Mensen zijn hier niet heel erg snel hysterisch over iets en dat vind ik wel fijn, eigenlijk. Dat de mensen hier wat nuchterder zijn betekent absoluut niet dat men minder vriendelijk is. Juíst niet. Ik heb in korte tijd ontzettend veel lieve, warme en behulpzame mensen ontmoet. Zoveel zelfs dat ik er soms nog wel eens versteld van sta.

Ik zou rustig nog eens duizend woorden vol kunnen typen over hoe gelukkig ik ben in Rotterdam, maar ik zal jullie er niet mee vervelen. Een andere keer misschien ;) Voor nu verwijs ik je graag door naar de andere posts over Rotterdam die ik eerder schreef, zoals:

– Culturele hotspots

– Favoriete plekken in Rotterdam

– Nog meer favoriete plekken

Verder kan ik alleen maar zeggen: kom deze te gekke stad ontdekken, nu het nog niet helemaal überhip en overpriced is. Het is – op allerlei terreinen – écht de moeite waard! 

The post Waarom ik van Amsterdam naar Rotterdam verhuisde appeared first on De Groene Meisjes.

Weekmenu 21 – 25 november

Prima hoor, dat het nu écht kouder wordt. Echt geen probleem. Maar laten we dan wel ons weekmenu daar een beetje op aanpassen. Ik koos voor vijf stevige, winterse gerechten met een heleboel groenten en peulvruchten. Daar komen we de komende tijd wel mee door, dacht ik zo ;)

Zoals altijd probeer ik er rekening mee te houden dat je de ingrediënten meerdere keren wilt gebruiken. Dus: je koopt een grote zak zoete aardappels en daar eet je dan twee of drie keer van deze week. Zo hoef je niks te verspillen en je hoeft ook niet iedere dag naar de supermarkt. Ideaal toch?

Maandag – Winterse aardappelschotel

 

Daar gaan we hoor, met de zoete aardappel. Let maar op, je gaat het deze week nog twee keer eten, op verschillende manieren :)

Dinsdag – broodje pittige zuurkool 

Eventueel te serveren met gebakken champignons erdoor. Ik zelf heb vaak aan twee boterhammen met zuurkool wel genoeg, maar misschien vind je het te karig. Dit is al jaren mijn favoriete ‘ik heb geen zin om te koken, maar wil wel gezond eten’ go-to in de winter.

Woensdag – falafel van zoete aardappel 

 

Lekker, geserveerd op een broodje, met rauwkost en een goed tahinsausje erbij.

Donderdag -spruitjes en zoete aardappel uit de oven 

 

Er zijn toch al wel weer spruitjes? Of ben ik nu te enthousiast en er iets te vroeg bij? Dit gerecht maakten we met paarse spruiten, maar uiteraard kan het ook prima met gewone groene spruitjes.

Vrijdag – winterse wraps met zuurkool en portsaus 

Een beetje uitpakken, maar toch nog steeds lekker comfortfood op tafel toveren? Wraps, zuurkool en port – ja hoor, zo wil ik mijn weekend wel ingaan!

Ik hoop je zo weer wat kookinspiratie voor de komende week te hebben gegeven! Laat je me weten welke gerechten je gaat uitproberen? Ik vind het leuk als je een foto met me deelt! Dat kan via Instagram, als je #degroenemeisjes gebruikt. Dankjewel alvast, veel kookplezier, eet smakelijk en maak er een mooie week van :) 

The post Weekmenu 21 – 25 november appeared first on De Groene Meisjes.

Waar doe ik mijn boodschappen?

Iets wat mij geregeld wordt gevraagd, is waar ik mijn boodschappen haal. Het verbaast me niet dat mensen hier nieuwsgierig naar zijn, want dat ben ik zelf stiekem vaak ook bij anderen. Of eigenlijk ben ik meestal vooral benieuwd naar wat mensen in hun voorraadkasten hebben liggen, of in hun koelkast – maar goed, dat is een ander onderwerp. Het is gewoon boeiend om te zien wat mensen kopen, en waar. Blijkbaar :)

Ik geloof niet dat ik naar heel speciale winkels ga. Nou ja, soms. Maar het is niet zo dat ik alles bij speciaalzaakjes koop, of voor alles naar de biologische winkel ren. Dat is geloof ik wel wat veel mensen denken, maar als groen meisje (of groene jongen,) kun je prima bij reguliere winkels terecht hoor! Ook als je veganistisch, biologisch of fairtrade (of allemaal!) wilt eten. Ik zal op een rijtje proberen te zetten wat ik zoal waar koop.
Groenten en fruit

Voor groenten en fruit ga ik naar:

– de markt in Rotterdam. Lekker goedkoop! Vooral in de zomer haal ik er kilo’s limoenen en avocado’s vandaan en dat voor een prikkie. De Rotterdamse markt is echt heel erg betaalbaar, dus dat is fijn!

– goedkopere supermarkten, zoals Aldi en Lidl. Hier hebben ze prima groenten en fruit (soms zelfs biologisch of fairtrade!) en ik zie niet in waarom je dat niet hier zou kunnen kopen, en het speciaal bij een duurdere supermarkt zou moeten halen. Ik geloof zelfs dat Lidl al een paar jaar op rij de prijs voor de ‘minst bespoten groenten en fruit van Nederland; heeft gekregen, dus dat is een mooi bijkomend voordeel.

– Albert Heijn heeft tegenwoordig pakketten met ‘buitenbeentjes.’ Dit zijn groenten en fruit die er wat minder goed uit zien, maar natuurlijk hartstikke prima te eten zijn. Deze pakketjes worden voor een leuk prijsje aangeboden, dus daar kijk ik altijd even naar!

– Ik had een hele tijd een abonnement op een groenten-en fruitpakket van Beterbio. Helaas bezorgen zij niet in Rotterdam, dus toen ik ging verhuizen hield het op. Dat is echt wel heel erg jammer, want ik was hier heel erg tevreden over. Iedere week werd er een pakket met biologische groenten en fruit thuis bezorgd. Echt heel erg handig. En het leuke was: er zaten ook vaak groentesoorten in die ik zelf nooit zou kopen, maar die ik op deze manier toch eens ging verwerken in recepten. Je wordt wel creatief van zo’n pakket!

– De groenteboer. Bij mij in mijn nieuwe buurt zit een heel goede, traditionele groenteboer. Echt met zo’n “Willem” (ik denk tenminste dat hij zo heet,) achter de kassa. En Willem kan je alles vertellen over de lekkerste appels en de beste aardappels en hij wil ook nog wel een paar kilo boerenkool voor je achterhouden, als je het lief vraagt. Je koopt er vers gemaakte zuurkool en lekkere rauwkost en kílo’s perfect zoete mandarijnen. Zo blij met deze groenteboer! Ik vind het ook echt heel erg leuk om hier naartoe te gaan en me te laten adviseren.

Fairtrade producten

Ik vind het belangrijk om geregeld fairtrade producten te kopen. Natuurlijk koop ik graag een reep Tony’s Chocolonely, gewoon bij de reguliere supermarkt, maar ik ga er ook graag voor naar WAAR. Dit is een hippe 100% fairtrade winkel die je in de grotere steden vindt. Het voelt toch nog net iets leuker om hier een reep Tony’s uit te zoeken, dan bij de gewone supermarkt. (dat kan ook komen doordat bij WAAR álle smaken Tony’s bij de kassa liggen uitgestald, waardoor je gewoon verleid wordt er minstens eentje te kopen)

Verder koop ik graag de producten van Fair Trade Original, die je bij de reguliere supermarkt en ook bij WAAR vindt. Ik heb standaard een pak rijst of noodles, een blikje kokosmelk en een boemboe van dit merk in huis, zodat ik, met wat verse groenten erbij, gemakkelijk en snel een maaltijd in elkaar kan klussen. Jep, ik kook dus wel eens uit een pakje en maak niet altijd alles zelf. Dat heeft vooral met luihuid te maken hoor, maar ik vind deze maaltijden van Fair Trade Original ook gewoon heel erg lekker!

Kruiden

Kruiden koop ik op verschillende plekken:

– iHerb.com, omdat ze hier allerlei kruidenmixen zonder zout hebben. Deze Amerikaanse webshop verkoopt merken die we hier in Nederland niet hebben en daar zit nog wel eens wat leuks tussen. Leuk om te proberen en handig om in huis te hebben!

– de Turkse winkel heeft veel goedkope verse kruiden, zoals bosjes munt en koriander. Altijd fijn om in huis te halen en meteen lekker op te gebruiken. Koriander is altijd zó op. Twee keer koken en er is een bosje weg. Munt gebruik ik ook om thee van te maken. Ik heb ook altijd een stuk gember in huis en het liefst ook een zakje kurkuma, zodat ik kurkuma lattes (‘golden milk’) en verse gemberthee kan maken.

Basics

Voor mij zijn basics dingen als: een pak havermelk, soja yoghurt, havermout, brood, beleg, rijst, couscous, bonen, pasta, enzovoorts. Dit koop ik bij:

– de reguliere supermarkt, het liefst van het biologische en/of fairtrade huismerk (zoals bijvoorbeeld van SMAAKT bij Plus supermarkt,)

– de biologische winkel – ik kom graag bij Gimsel (een mooie grote biosuper in de Groene Passage in Rotterdam,) en EkoPlaza

Speciale producten

Ik ga niet per se naar heel veel speciale winkels, maar na lang nadenken dacht ik: o ja, er zijn een paar producten die ik wel graag bij specialere winkels koop. Zoals:

– losse thee bij de TeaBar in Amsterdam (kun je ook online bestellen,)

– Fair koffie van Moyee bij Marqt

– Kromkommer soep (gemaakt van geredde groenten) bij Uit Je Eigen Stad (toffe winkel met regionale producten in/uit Rotterdam) of WAAR

– biologische wijn bij Organic Food – een mooie, wat kleinere biologische winkel, met een tof assortiment en heel veel goede bio wijnen.

Ongelooflijk eigenlijk hè, hoe ik het voor elkaar krijg om bijna duizend woorden vol te kletsen over waar ik mijn boodschappen doe? Ik hoop jullie vragen hiermee te hebben beantwoord :) Zo niet, stel gerust meer vragen bij de comments! En jullie? Waar halen jullie de boodschappen? Laat het me weten! 

The post Waar doe ik mijn boodschappen? appeared first on De Groene Meisjes.

Pak Choy Curry

Die herfst knalt er lekker in hè? Of ligt dat alleen aan mij? Ik merk dat mensen om me heen ziek worden met bosjes tegelijk en dat ik zelf ook voel dat ik écht meer vitamines moet eten. En dan moet de winter nog komen… Beter bereiden we onszelf goed voor met voldoende recepten met heel veel groenten, zodat we er een beetje tegenaan kunnen! Jamie maakte deze groene (heel letterlijk!) curry met baby pak soy en vandaag deelt ze het recept met jullie.

Ik at de curry met grote boerenkoolsalade maar hij is ook perfect met wat rijst of naanbrood. Voeg gekookte kikkererwten of linzen toe voor extra eiwitten! Deze schattige mini pak choy’s kocht ik bij de toko in Hoofddorp. Natuurlijk kan je ook een grote pak choy gebruiken!

Wat heb je nodig voor 2 porties?

4 kleine of 1 grote pak choy(s)

1 ui, gesneden

1 teentje knoflook, gesneden

1 theelepel verse gember

1/2 theelepel komijnpoeder

1/2 theelepel currypoeder

1 theelepel kurkumapoeder

1/2 theelepel venkelzaad, optioneel

een handje verse koriander (+ extra voor garnering)

een klein blikje kokosmelk (270 ml)

snufje zeezout

Wat ga je doen?

1. Snijd de pak choy in kleine stukjes.

2. Verhit een scheutje olie in een koekenpan en bak de ui, knoflook en gember. Bak dit voor 3-4 minuten.

3. Voeg de komijn, kurkuma, curry en venkelzaad toe en bak 1 minuutje mee.

4. Doe de gesneden pak choy en koriander in de pan en mix goed met de kruiden,

5. Schenk de kokosmelk erbij en breng licht aan de kook. Laat het geheel 10 minuutjes pruttelen.

6. Voeg nog wat zout toe naar smaak (en eventueel wat chilivlokken.) Serveer met rijst, naambrood of  een salade (voor nóg meer veggies!)

Maak lekker wat extra curry en vries het in. Kook ook wat extra rijst en doe daar hetzelfde mee. Zo heb je over een paar dagen een kant-en-klaar maaltje in je vriezer liggen en hoef je alles alleen nog maar even op te warmen!

Ga jij deze curry maken? Deel dan vooral een foto van jouw eindresultaat met ons! Dit kun je doen door een foto op Instagram te delen met #degroenemeisjes. Alvast dankjewel en eet smakelijk! 

The post Pak Choy Curry appeared first on De Groene Meisjes.

Een lege inbox, een leeg hoofd

Ik ben nooit zo’n held geweest met het organiseren en structureren van dingen. Om een voorbeeld te noemen: mijn mailbox is altijd een chaos geweest en er stonden standaard 46 ongelezen emails op me te wachten – die ik dan moest zoeken door pagina’s langs door mijn mailbox te scrollen, want 46 mails kunnen van láng geleden zijn. Na 21 ongelezen mails gelezen te hebben hield ik het dan weer voor gezien en aan het einde van de dag stond de teller gewoon weer op 46. Of hoger. Een rommelige mailbox bezorgt mij echt een ontzettend rommelig hoofd. Het geeft me het gevoel dat er niet tegenaan te werken is en dat ik nooit écht up-to-date ben. En dat is ook zo. Een lege inbox is een leeg hoofd. Ik weet dat het klinkt als de titel van een slecht zelfhulpboek, maar geloof me, dat is echt hoe het werkt. In deze post ga ik een paar tips met jullie delen om beter met je email om te gaan.

Unroll.me

De meest praktische tip die ik in tíjden kreeg: unroll.me. Deze website helpt je bij het ordenen en opruimen van je mailbox. Dit doen ze door je te unsubscriben van nieuwsbrieven en reclamemail die je niet langer wilt ontvangen, door te filteren welke mail je wél belangrijk vindt en je dus wilt behouden en door verzamelmails voor je te maken, die je vervolgens eens per week of per maand krijgt, zodat je toch nog op de hoogte blijft van al het nieuws dat ál die bedrijven je normaal gesproken dagelijks sturen. Unroll.me maakt in zekere zin dus een soort nieuwsbrief voor je, van de mails die jij aangegeven hebt te willen houden. Super handig.

Maar het állerbeste? Het uitschrijven voor de nieuwsbrieven. Hoe werkt het? Je meldt je aan met je mailadres en Unroll.me stelt een lijst, op alfabetische volgorde, van alle mails die je op regelmatige termijn ontvangt, voor je samen. Vervolgens ga je in een paar minuutjes tijd door die lijst en geef je aan: wil ik niet meer / wil ik wel / wil ik af en toe ontvangen.

Ik ben twee minuten bezig geweest en was in in één klap uitgeschreven bij 88 (!) nieuwsbrieven. Wat een opluchting om die mails niet meer wekelijks/tweewekelijks of maandelijks te hoeven zien verschijnen in mijn mailbox.  Ik denk echt dat het me een minuut of 2 heeft gekost. Dat is toch niks?! Daarbij komt: het is gratis. (ok, ik klink nu echt als een TellSell reclame, maar nee, ik heb geen aandelen ;))

Verander de instellingen van je mailprogramma

Kijk, dat ik altijd als een idioot op zoek was naar die 46 ongelezen mails, dat komt echt doordat ik maar heel weinig van dit soort dingen af weet. Er zijn vast heel veel mensen die dit lezen en denken: ja Merel, dat is toch logisch? Maar er zijn misschien ook mensen die net zo’n computernoob zijn als ik en denken: hey! maar dat is handig! Goed, tot zover de disclaimer, voordat jullie me massaal voor gek verklaren.

Wat ik dus recentelijk heb gedaan, is de instellingen van mijn Gmail veranderen. Zo had ik nog niet ingesteld dat je alle ongelezen mail bovenaan in je inbox kunt laten zien, zodat je altijd weet welke mails er nog op je wachten. Gmail splitst je mailbox dan automatisch in tweeën: ‘ongelezen mail en ‘alle mail.’ Ideaal, want je kunt het gedeelte ‘alle mail’ ook nog inklappen, zodat je echt alleen maar je ongelezen mail te zien krijgt. Het geeft me zoveel rust om alleen nog maar te zien: 9 ongelezen mail. In plaats van lijsten en lijsten met mails, waar tussen ik moet gaan zoeken naar onbeantwoorde mails. Dat wérkt gewoon niet.

Toen ik de instellingen van mijn mail veranderde naar ‘ongelezen mail eerst laten,’ kreeg ik de melding dat ik ruim 9000 ongelezen mails had. Dat is natuurlijk ontzettend veel spam, reclame en dat zijn ook allemaal ongeopende nieuwsbrieven. Die 9000 mails heb ik allemaal weggegooid. Gewoon het idee dat ik die vetgedrukte cijfers 9000+ niet meer hoef te zien alleen al, heerlijk. Weg ermee. En nu heb ik dus nog 9 ongelezen mails over. Hoe geweldig is dat?! (ja, ik geloof dat ik écht heel gelukkig word van een lege inbox, haha!)

Verder kun je in ieder mailprogramma – of in ieder geval in Gmail en dit mailprogramma kan ik sowieso iedereen aanraden – mapjes aanmaken, zodat je je mails kunt archiveren op onderwerp, afzender of belangrijkheid. Ideaal! Voeg wat kleurtjes toe, om de boel nog wat overzichtelijker (en vrolijker) te maken en je kunt er weer tegenaan.

Maak afspraken met jezelf

Ik merk dat het mij heel erg helpt om afspraken met mezelf te maken. Zoals bijvoorbeeld: twee keer per dag ga je een halfuurtje voor je mail zitten. Het liefst op vaste momenten. Of: op je telefoon geen mails beantwoorden als dat niet per se nodig is. Of: niet ‘s avonds je mail beantwoorden. Of: nooit meer dan 15 ongelezen mails in je inbox laten staan. Het helpt, echt.

Hoe het voor mij werkt? Ik hanteer zoveel mogelijk vaste momenten op de dag. Dat betekent dat ik ‘s ochtends, het liefst nog voordat ik naar mijn werkplek vertrek, er een half uurtje voor ga zitten. Dertig minuten is lang genoeg om een hoop mails te lezen en er een paar te beantwoorden. Het geeft me een goed gevoel om helemaal op de hoogte te zijn, nog voordat ik aan mijn ‘echte’ werk van de dag begin. Daarbij komt dat ik regelmatig uit de mails nog weer actiepunten voor op mijn To Do lijstje haal, die ik dan vervolgens meteen naar mijn Wunderlist app kan exporteren. Kennen jullie Wunderlist al? Een fantastische app waar je al je lijstjes bij elkaar kunt houden en ook nog kunt delen met anderen. Ideaal en ook weer gratis!

Ergens in de middag ben ik ook nog wel een uurtje met mijn mail bezig en dan zorg ik dat de belangrijkste dingen weggewerkt zijn, zodat ik pas de volgende ochtend weer met mijn mail aan de slag hoef. Natuurlijk gebeurt het mij ook heus nog wel eens dat ik toch ‘s avonds nog aan het mailen ben, maar dat is dan vaak wel doordat ik mijn middag-mailmoment heb gemist doordat ik een meeting had, of iets dergelijks. Ik maak het een beetje leuk voor mezelf, met een lekker theetje (momenteel favoriet: de biologische kruidentheetjes van Fair Trade Original,) iets lekkers erbij en een leuk muziekje aan. Zo is een uurtje aan je mail werken zo voorbij en het voelt echt iedere dag weer als een enorme taak die is afgerond. Ik weet dat veel mensen een hekel hebben aan mails beantwoorden en verwerken, maar het hoort er nu eenmaal bij en je kunt er dan maar beter iets leuks van maken – toch?

Inspirerende boeken

Momenteel verdiep ik me écht in het beter structureren en organiseren van mijn werk, zodat ik productiever en efficiënter ga worden de komende tijd en ik merk dat hoe meer ik erover hoor of lees, hoe enthousiaster ik erover word. Ik zie echt in dat het nut heeft en dat het me iets oplevert.

Ik wil je daarom een paar leestips meegeven. Misschien moet je de boeken pas gaan lezen nadat je je mailbox hebt opgeruimd, of misschien juist ervoor, als je een steuntje in de rug nodig hebt. (Dit zijn affiliatelinks.)

– . Misschien wel één van de belangrijkste boeken op dit gebied. Ik moest zelf een beetje wennen aan het boek en aan de methode, maar nu blijkt het toch wel echt heel erg handig te zijn en heel erg te werken!

– . Een boek over hoe je met je volledige aandacht je werk kunt doen. Heel inspirerend!

– . Over hoe je op gemakkelijke manieren ervoor kunt zorgen dat je hoofd en agenda (en mailbox!) niet dagelijks overstromen.

Het fijne van het structuren van zoiets belangrijks als je email is niet alleen dat dingen beter werken – voor jezelf en voor de mensen met wie je bijvoorbeeld samenwerkt – maar ook dat je tijd overhoudt voor andere dingen. Ik kan wel duizend dingen bedenken die ik liever doe dan mails beantwoorden en ik weet zeker dat dat ook voor jou geldt. Ik hoop dat je iets hebt aan mijn tips en gedachten over dit onderwerp. Zouden jullie het leuk vinden om meer te lezen over het structureren van je werk en/of agenda? Wat zouden jullie weten of leren? En heb je nog meer vragen over het organiseren van je mail? Stel ze gerust bij de comments! 

Foto’s: Aline Bouma.

The post Een lege inbox, een leeg hoofd appeared first on De Groene Meisjes.

Zo wil ik wonen: duurzaam, middenin de stad

Als groen meisje, met een fascinatie voor hoe mensen wonen, denk ik vaak: als ik later groot ben, dan wil ik een écht duurzaam huis. Zo eentje met zonnepanelen en een moestuintje, en met gerecyclede natuurlijke materialen op de muren en vloeren en een energiezuinige douche. Nouja, gewoon the real deal. Maar wanneer ik daarover nadacht, zag ik altijd weer zo’n houten huisje middenin een bos voor me. Ik wil wel graag groen wonen, maar niet zo letterlijk groen. Ik ben een stadsmeisje en dat wil ik ook graag blijven. Dit weekend waren Aline en ik op bezoek bij Gwendolyn en Marijn – twee leuke mensen die in hun zelfontworpen super duurzame woning míddenin Rotterdam wonen. Sinds dit weekend weet ik: dat kan dus wel. Zo wil ik wonen.

Even voorstellen:

Dit is Gwendolyn (30).

En dit is Marijn (35). Beide zijn architect en wonen als sinds hun studietijd in het mooie Rotterdam. Hun droom was om zelf een huis te ontwerpen, zo duurzaam mogelijk, op een mooie plek in hun geliefde stad. Dat is gelukt.

Het stel kocht een prachtig smal en hoog pand, en maakte daar hun eigen droompaleis van. Van alle gemakken voorzien, modern, comfortabel en gezellig. Met zo min mogelijk spullen – “al die spulletjes altijd overal, nergens voor nodig!” – en met uitzicht op een urban jungle in de achtertuin. Bomen overal, een moestuintje op het dakterras – waar op dit moment alleen pompoenen groeien, maar Gwendolyn en Marijn hebben grote plannen – wow. Al bij binnenkomst was ik diep onder de indruk, gewoon van hoe mooi alles eruit ziet.

Het gebruik van de natuurmaterialen – zoals marmer, hout en beton – vind ik prachtig. De rustige kleuren, de kunst aan de muren die eruit springt omdat er verder zo weinig afleiding is en de vintage meubels, die zo mooi combineren met de moderne aspecten van deze woning…alles klopt.

Groen en comfortabel

Eigenlijk symboliseert dit huis precies hoe ik mijn groene lifestyle wil vormgeven. Duurzaam en met aandacht voor natuur, dier en mens, maar niet hoeven in te leveren op comfort en (woon-)plezier. Ik geloof ook heel sterk dat dat absoluut niet hoeft en dat laat dit huis maar weer eens zien. Je kunt gewoon een bad hebben – dat je vult met water dat wordt verhit door de zonneboiler op het dakterras  – (wist je dat het water in deze boiler in de zomer wel tot 80 graden wordt? Gratis en voor niets verwarmd, door de kracht van de zon) en met vloerverwarming onder de prachtig grijs geschilderde vloer. Ik had trouwens geen idee, maar vloerverwarming is de meest duurzame optie, omdat je de warmte dichtbij houdt. ‘s Nachts koelt het huis maar een halve graad af. Dat is, als je het mij vraagt, extreem weinig. De warmte wordt ook goed vastgehouden door de dikke wanden van de woning – isolatie op zijn best.

Op het dak liggen zonnepanelen die het huis voorzien van energie. Marijn merkt op: “Ik zou er naartoe willen om helemaal zelfvoorzienend te zijn, op een dag. Maar daarvoor hebben we nog meer zonnepanelen nodig.” Gwendolyn vult aan: “Hoe mooi zou het zijn als je een stuk van het dak van je buren zou kunnen huren, om daar nog meer zonnepanelen aan te leggen?” Collectieve energie, waarom ook niet?

Als je beide architect bent, dan denk je nog wel eens na over wat je in de toekomst allemaal nog zou kunnen ontwerpen, kan ik me zo voorstellen. Toch is het stel wel dusdanig blij met deze huidige woning, dat ze  voorlopig nog even niks willen veranderen of aanpassen. In de verdere toekomst zou Marijn nog wel eens een massief houten huis willen ontwerpen, of een gezamenlijk project willen starten met vrienden en/of familie, waarbij een groter complex gedeeld kan worden. Met z’n allen een huis betrekken en dan collectieve zorg inkopen, voor later. Marijn denkt vooruit, duidelijk. Gwendolyn ziet een oud pand als een fabriek wel zitten, met van die hoge schoorstenen. “Maar voor op de kortere termijn is een echte moestuin (in de achtertuin,) mijn eerstvolgende project.”

Duurzame dromen

Wat een waanzinnig mooi huis is dit. En wat een leuk, creatief en hartelijk stel mensen. Marijn en Gwendolyn inspireren me om verder te kijken dan mijn neus lang is. Duurzaam wonen kan overal. Ook in het centrum van een grote stad. Misschien juíst wel. Natuurlijk denk ik na over dingen als: kan ik me dat wel permitteren, ooit? Moet je een gigantisch inkomen hebben, als je zoiets voor jezelf wilt realiseren? Maar Gwendolyn verzekert me dat hypotheekverstrekkers als Obvion juist heel graag met je meedenken in dit soort cases. En dat een hypotheek helemaal niet torenhoog hoeft te zijn, of überhaupt hoger dan voor een kant-en-klaar huis.

Opeens lijkt een duurzame woning een stukje haalbaarder en dat maakt me echt heel gemotiveerd om hier meer research naar te doen. Ben ik de enige die zo kan wegdromen over een huis voor de toekomst? Misschien wil je nog wat inspiratie opdoen op het ‘Zo wil ik wonen’ platform van Obvion. Zelf vind ik het heel inspirerend om de verhalen van anderen te lezen, die me zijn voorgegaan in het realiseren van hun eigen droomhuis.

Gwendolyn en Marijn, ontzettend bedankt voor jullie gastvrijheid en heel veel geluk gewenst in jullie prachtige duurzame woning.

– Deze blogpost is geschreven in samenwerking met Obvion. De foto’s zijn gemaakt door Aline Bouma. – 

The post Zo wil ik wonen: duurzaam, middenin de stad appeared first on De Groene Meisjes.

Weekmenu 14 – 18 november

Tijd voor een nieuw weekmenu! Nadenkend over de komende periode, met alle feestdagen in het vooruitzicht, besloot ik: deze maanden zijn duur genoeg, ik maak er een lowbudget weekmenu van. Niet dat onze recepten doorgaans zo heel erg prijzig uitpakken, maar er zijn natuurlijk wel gerechten te bedenken die wat voordeliger zijn dan andere. Bijvoorbeeld doordat je voor sommige recepten wat specialere ingrediënten nodig hebt, en voor andere recepten weer helemaal niet. We houden het dus eenvoudig en zeer betaalbaar deze week! Ik werk met zoveel mogelijk producten uit het seizoen (goedkoop!) en probeer alle ingrediënten meerdere keren terug te laten komen, zodat je ook echt alles opgebruikt.

Maandag – Maaltijdsalade met boerenkool en kikkererwten 

Een tip: tahin (sesampasta) kun je heel duur in kleine potjes bij de biowinkel kopen, maar ze verkopen het ook in grote potten of flessen bij de Turkse supermarkt. Het smaakt precies hetzelfde, dus je kunt gerust voor de lowbudget variant gaan.

Let op: als je dit recept maakt met gedroogde kikkererwten die je eerst zelf kookt, maak er dan extra veel en vries wat porties in. Vrijdag heb je weer kikkererwten nodig, dus dan pak je ze uit de vriezer en kun je meteen beginnen met koken. Ideaal! (en veel goedkoper dan iedere keer een pot of een blik kopen)

Dinsdag – Dal Bhat met linzen

 

Dit gerecht at ik dagelijks in Nepal. Zó eenvoudig (en goedkoop om te maken,) maar zo lekker! Je kunt er natuurlijk allerlei groenten bij bedenken en een beetje variëren – maak er je eigen curry van!

Woensdag – Röstischotel met zuurkool

Let op: edelgistvlokken gebruiken hoeft niet per se. Dit is een wat duurder ingrediënt, dus dat kun je weglaten als je wilt.

Donderdag – Sandwiches met zuurkool en boerenkool geserveerd met linzensoep

Je kunt deze sandwiches uiteraard serveren met iedere soep die je maar lekker vindt, maar een linzensoep doet het altijd goed en is relatief goedkoop in grote hoeveelheden te maken. Let op: je kunt natuurlijk allerlei soorten brood gebruiken. Zoals je ziet kozen we bij dit recept voor een wat luxer brood, maar dat hoeft uiteraard niet per se. Vraag je je af welke broodsoorten plantaardig zijn en welke niet? Check dan even dit artikeltje. 

Vrijdag – Midden-Oosterse ovenschotel met kikkererwten 

En daar zijn de kikkererwten weer! Vrijdagavond, schotel in de oven, rood wijntje erbij en lekker op de bank hangen met Netflix aan. Goed begin van je weekend :)

Ik hoop jullie met dit weekmenu weer wat inspiratie meegegeven te hebben voor de komende dagen! Ik vind het altijd heel leuk als je het me laat weten als je een recept hebt uitgeprobeerd. Dat kun je doen door een comment achter te laten op mijn blog, of door een foto te delen op Instagram, waarbij je me tagged (@merelgroenemeisjes) en #degroenemeisjes gebruikt. Dankjewel alvast, eet smakelijk en maak er een mooie nieuwe werkweek van! 

The post Weekmenu 14 – 18 november appeared first on De Groene Meisjes.

Winterse wraps met zuurkool en portsaus

Oh jongens, we mogen weer los hoor. Wintertijd, herfstige recepten en zelfs de feestdagen komen in zicht. Gelukkiger maak je me bijna niet hoor. Echt, vergeet salades (ok, behalve goed vullende maaltijdsalades,) en smoothies. Kom maar door met dat verwarmende comfortfood.

Aline maakte dit geweldige recept met zuurkool – weer eens iets anders dan een stamppot. Ja, ik heb het wel eens vaker geschreven, maar ik ben echt een mega zuurkoolfan. En ik vind het daarom ook heel leuk om ‘andere’ gerechten met zuurkool uit te proberen. Zoals dit recept: wraps met zuurkool en portsaus. Port? Absoluut – dat gaat prima hoor! Meer dan prima zelfs. ALDI heeft voor de komende maanden een mooie collectie winterproducten en deze tien jaar oude port is daar eentje van. Ook de wijnzuurkool is een product dat je alleen in de wintermaanden bij ALDI vindt, dus daar maken we een goed gebruik van.

Toen ik vorige week bij ALDI was om de boodschappen te halen voor onder andere dit recept werd ik even heel blij. Ik moet eerlijk zeggen dat ik wel eens vergeet om naar ALDI te gaan, omdat het niet zo op mijn shoproute ligt. Maar de producten zijn gewoon van heel goede kwaliteit en ontzettend betaalbaar. Daarbij komt dat ik van mening ben dat ALDI een heel laagdrempelige, ‘haalbare’ supermarkt is voor iedereen. Ik vind het daarom ook te gek om met ALDI samen te werken, omdat het laat zien dat gezond en vegan eten altijd mogelijk is – ook op een kleiner budget. Een kleiner budget misschien, maar zeker geen mindere kwaliteit. Daar hou ik van. Goed, laten we overgaan naar het geweldige recept dat Aline voor ons maakte.

Wat heb je nodig? 

Wraps

Zuurkool

Kastanjechampignons

Kikkererwten (deze vind je in gedroogde vorm op de versafdeling bij de groenten)

Voor de portsaus:

10 jaar oude port (uit het winterassortiment)

2 sjalotjes

Paar takjes tijm

Eetlepel bloem

Scheutje rode wijnazijn

Een perssinaasappel

Wat ga je doen?

– Als je gedroogde kikkererwten gebruikt, moet je deze eerst weken en koken. (volg hiervoor de instructies op de verpakking) Je kunt natuurlijk ook gebruiksklare kikkererwten uit een pot gebruiken. In dat geval hoef je er niet veel aan te doen.

– Kikkererwten en champignons bakken met wat tijm en port en olijfolie. Doe de zuurkool erbij en verwarm mee.

– Doe de ingrediënten voor de portsaus in een pannetje, breng zachtjes aan de kook en laat daarna nog even een zacht vuurtje staan.

– Wraps even kort in de koekenpan opwarmen.

– Beleg de wraps met de zuurkool-champignons-kikkererwtenmix. Schenk de portsaus erover en vouw de wraps dicht.

– Garneer met wat extra tijm. (en eventueel peper en zout, maar proef eerst even of dit echt nodig is!)

Zeg nou zelf, dit ziet er toch geweldig uit? Ik hoop dat zelfs mensen die niet per se heel erg van zuurkool houden, zin krijgen om dit recept eens uit te proberen. Ik denk dat ons doel dan bereikt is. Aline ga ik in de tussentijd even opgeven voor Masterchef Benelux en ik ga nog even dagdromen over de komende wintermaanden.

Laat je het ons weten als je dit recept hebt geprobeerd? Je kunt dit doen door een foto te maken van jouw gerecht en ons te taggen op Instagram met #degroenemeisjes, @merelgroenemeisjes en @alineaap. Ik weet zeker dat Aline het ook te gek vindt om te zien wat voor creaties jullie op tafel toveren! Alvast dankjewel en eet smakelijk :) 

Deze blogpost is gemaakt in samenwerking met ALDI. De foto’s zijn gemaakt door Aline Bouma.

The post Winterse wraps met zuurkool en portsaus appeared first on De Groene Meisjes.