Patrick Bernauw's Blog, page 15

February 15, 2018

Jouw gedichten in de Pod?



Bij de digitale uitgeverij vzw de Scriptomanen starten we met een heuse poëzie podcast. 
Iedereen die én de PodCast PoëziePod volgt én een steunabonnement neemt van 20 euro/jaar kan ons materiaal toesturen om opgenomen te worden in de PoëziePod. 

We ontvangen het tekstmateriaal graag in één enkel Word document, en het audio materiaal in MP3: via de mail als het om niet meer dan 5 MB gaat, anders met WeTransfer. 
Email: podcast@inter-actief.be 
Rekeningnummer (overschrijven met vermelding 'steunabo PoëziePod'): IBAN BE 43 0016 9362 0101 BIC GEBABEBB 
Selectiecriteria: de literaire kwaliteit van de teksten en de kwaliteit van de opname - zowel wat de audio als de voordracht of geluidsmontage betreft. De kwaliteit van de opname, voordracht, montage en zo meer kunnen wij verbeteren; eventueel maken we een offerte en nemen we de teksten voor jou op, al dan niet in een passend geluidsdecor. 
(Tussen haakjes, wij zijn ook niet vies van live opnames, slam poetry, boekvoorstellingen, interviews,...) 
Wie door middel van een podcast zijn of haar dichtbundel wil promoten, geen probleem: de PodCast kan vergezeld gaan van een link naar de online boekhandel, website of andere informatie. 
Wie een audio opname te koop wil aanbieden via de PodCast, kan ook bij ons terecht. We kunnen afleveringen immers 'premium' te koop aanbieden.


 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on February 15, 2018 10:42

January 8, 2018

Over Utopia van Thomas More: "Al lachend zegt een Zot de Waarheid..."


Utopie of Dystopie?
Bij Athenaeum-Polak & Van Gennep verscheen in 2016 de tiende druk van de Utopia van Thomas More, in een uitstekende vertaling uit 2008 door Paul Silverentand. De editie bevat een al even interessante verantwoording van de vertaler, en een verhelderend voor- en nawoord van respectievelijk Hans Achterhuis en Marja Brouwers. Zowel Silverentand als Achterhuis en Brouwers stellen onverbloemd dat Utopia een in wezen totalitaire maatschappij schetst. Het utopisch enthousiasme van de jaren zestig, de idealen die ermee gepaard gingen… ze zijn in rook opgegaan, of ontspoord in het geweld van Rode Brigades. Het Utopia van More verdient veeleer het pas veel later gecreëerde begrip ‘dystopie’, stelt Achterhuis: ‘niet de beste, maar de slechtste samenleving. Daarmee werd in de vorige eeuw aangegeven hoe in de praktijk de hoge utopische waarden en idealen onvermijdelijk in hun tegendeel verkeerden.’ Aldous Huxley (Heerlijke nieuwe wereld) en George Orwell (1984) leverden een literaire omschrijving van wat Stalin en Mao demonstreerden in de politieke praktijk. Dat is wel even slikken voor de argeloze lezer die bij de term ‘utopie’ spontaan denkt in de richting van ‘een literaire en filosofische term die men kan omschrijven als onmogelijke werkelijkheid, een ideale wereld die echter niet bereikt kan worden’, zoals de definitie op Wikipedia luidt. Maar Achterhuis heeft gelijk: zonder toestemming van de autoriteiten is reizen in Utopia verboden. Utopianen maken geen plezierreisjes en doen niet aan sightseeing, want ‘er is nooit een aanvaardbare reden om niets te doen. Er zijn geen wijnhuizen, geen kroegen, nergens bordelen, geen gelegenheden voor misdragingen, geen geheime plekjes en geen besloten bijeenkomsten. Integendeel, het alziende oog van je omgeving maakt het noodzakelijk of je gewone werk te doen of je in je vrije tijd niet onfatsoenlijk te gedragen’. Sociale druk fungeert in Utopia als een Big Brother, en Big Brother is watching you! Achterhuis trekt de lijn door naar de dystopische roman De cirkel van Dave Eggers, waarin mensen altijd en helemaal online zijn, alles met elkaar delen in volledige transparantie, en niet eigendom maar privacy diefstal is.Silverentand merkt op dat het welhaast onvoorstelbaar is hoe modern een aantal utopische denkbeelden klinken: kinderopvang, euthanasie, gratis onderwijs, godsdienstvrijheid. Toen ik het boek in 2017 herlas beheerste het zoveelste schandaal in de slachthuizen de publieke opinie. In Utopia, moet u weten, vindt men het onwenselijk dat de eigen burgers gewend raken aan het slachten van dieren; daarom wordt dat gedaan door speciale slaven. ‘Ze zijn namelijk van mening dat anders hun burgers hun aangeboren mildheid, het mooiste gevoel waar de mens toe in staat is, langzaam maar zeker zullen verliezen.’ Elders spreken de Utopianen zich uit tegen de jacht, omdat een dier waarop wordt gejaagd voor het plezier van de jager wordt gedood. Een mensonwaardig genot, dat een logisch gevolg is van aangeboren bloeddorstigheid. Blootstelling hieraan kan alleen nog tot meer wreedheid leiden. Het neemt niet weg dat, volgens Silverentand, waarschijnlijk geen enkele Nederlander uit de twintigste eeuw in Utopia zou willen wonen, om de eenvoudige reden dat Utopia al te veel duistere kenmerken vertoont van diezelfde twintigste eeuw, als daar zijn: ‘uniforme kleding, dwangarbeid en ongelimiteerde kolonisatie’. Bovenal is er in Utopia geen plaats voor het individu, voor individuele vrijheden; er mag dan wel godsdienstvrijheid zijn, maar voor de rest is er niet echt sprake van een vrijheid van denken of handelen. ‘Men’ heeft immers beslist, op basis van ‘de rede’, wat voor iedereen het beste is… en afwijkingen van de norm worden niet echt getolereerd.
Klik op de foto voor een groter beeld

Rafael Kletspraat
‘Het utopisch denken onderscheidt zich van de droom en de fantasie doordat het zich richt op praktische, plaats- en tijdgebonden problemen,’ merkt Marja Brouwers op. ‘In de mogelijkheid van praktische toepassingen ligt tevens een gevaar, zoals de twintigste eeuw hier en daar heeft laten zien. (…) More moet hebben beseft dat er iets precairs in zijn onderneming school. De noodzaak om te benadrukken dat het verhaal over het eiland niet letterlijk, maar wel serieus moest worden genomen sloeg een artistieke energie in hem los die je nooit tegenkomt bij iemand die door de katholieke kerk heilig is verklaard. Hij heeft zichtbaar nagedacht over het probleem van fictie en werkelijkheid (…). Lezers willen altijd weten wat ervan waar is, terwijl schrijvers alleen maar kunnen volhouden dat een fictief verhaal niet waar is in de letterlijke zin, maar daarom nog geen leugen. Is het verhaal goed, dan onthult de fictie vanzelf een waarheid die zich vanaf het moment van onthulling niet meer laat ontkennen. Dat is geen kwestie van magie, maar van vorm.’More houdt nog een andere slag om de arm. In zijn tijd was fictie al heel goed ingeburgerd in het theater. De gesproken taal – Utopia bestaat uit een gesprek en een ‘geïmproviseerde’ monoloog – stelt de auteur in staat ‘om alles wat er gezegd wordt voor rekening van de sprekers te laten’. More vertelt het hele verhaal, maar hij neemt genoegen met de bescheiden rol van notulist, verslaggever. Het is een veelbeproefde literaire techniek,: hij is een ‘Sprechhund’, spreekbuis en klankbord van een protagonist die luistert naar de naam Rafael Hythlodaeus, en diens ideeën zijn niet noodzakelijk de zijne. Utopia bestaat uit twee boeken, waarvan het eerste een striemende maatschappijkritische analyse is, en in feite een inleiding vormt op de beschrijving van het ‘gelukkige eiland’. Vroegere vertalers – zowel bij ons als elders – benaderden Utopia nogal eens zeer eerbiedig als een klassieke tekst, boordevol wijsheid… en gingen zo voorbij aan het onmiskenbare ‘zotte’ van het werk. De ondertitel van het werk zoals dat in 1516 door Dirk Martens werd gedrukt luidt niet voor niets: ‘Een gouden boekje, niet minder heilzaam dan grappig, over de ideale republiek en over het nieuwe eiland Utopia’. Hier zijn de pispotten dan ook van goud, en toekomstige echtgenoten worden eerst naakt aan elkaar voorgesteld, opdat ze geen kat in de zak zouden kopen. Want een mens kan niet voorzichtig genoeg zijn, en als je zelfs een paard eerst zonder tuig en zadel moet zien voordat je tot een aankoop overgaat… Maar More heeft ook wat mopjes voor intellectuele humanisten onder elkaar op zijn programma staan. Jan Papy vertelt in een zeer lezenswaardig essay
In nieuwe vertalingen en edities lieten vertalers, redacteurs en uitgevers de deftig klinkende Griekse naam ‘Hythlodaeus’ gewoonlijk staan, terwijl die eigenlijk spottend bedoeld was en samengesteld uit ‘hythlos’ (nonsens) en ‘hodaios’ (verkoper).Letterlijk betekent de naam ‘kletspraat’. Silverentand vertaalt en interpreteert dat in het volgens mij niet zo geslaagde ‘Babellario’, maar het mag duidelijk zijn dat je een personage als Rafael Kletspraat niet zonder meer als een bron van hogere wijsheid hoeft te beschouwen, en evenmin voortdurend ernstig moet nemen. Utopia staat bol van de paradoxen, en zelf is het ook geen ‘utopie’ zoals wij het begrip nu interpreteren, merkt Achterhuis op, maar ligt het eerder in het verlengde van Erasmus’ Lof der Zotheid. Erasmus droeg zijn boek op aan zijn vriend More, en More had beloofd er een vervolg op te schrijven. Daarvoor verzamelde hij jarenlang allerlei materiaal over vreemde volkeren en hun soms bizarre gewoontes, en dat kwam allemaal terecht in Utopia, dat oorspronkelijk trouwens Nusquam heette (Nergens). Pas door de woordgrap ‘U-topia’ (een versmelting van Ou-topia en Eu-topia: geen plaats, nergens én de goede plaats) kreeg Utopia de utopische betekenis die het nog steeds heeft. Maar die utopische betekenis had Utopia nauwelijks, of zelfs helemaal niet, voor de auteur. Hij zag Utopia niet als een ideaal, maar ook niet als een dystopisch schrikbeeld. ‘Het was van alles tegelijk, en vooral was het een tekst om (samen met Erasmus) hartelijk om te lachen.’Hoe was het mogelijk dat een vrome katholiek als More zaken als euthanasie, gehuwd priesterschap of echtscheiding op grond van onderlinge onenigheid bepleitte? Dat iemand die zichzelf in zijn grafschrift ‘een last voor ketters’ noemde en honderden pagina’s schreef om ketterij te bestrijden, religieuze tolerantie propageerde? Dat een grote landeigenaar met een aanzienlijk inkomen zich verzette tegen privébezit? Dat More niet in 1516 al het hoofd verloor, toen hij met Utopia ook een striemende kritiek op het Engeland van Hendrik VIII publiceerde, maar pas in 1535, wegens hoogverraad, omdat hij zich verzette tegen de afscheiding van de katholieke kerk van Engeland? Het heeft ermee te maken dat de zestiende eeuwer Utopia met heel andere ogen las dan wij dat doen. Wij onderkennen de ironie en de humor, zelfs de regelrechte ‘kletspraat’ van het hoofdpersonage niet meer zoals de lezer dat toen deed. De levensomstandigheden waren heel anders en bovendien hebben wij ondertussen vijf eeuwen ervaring opgedaan met het begrip ‘utopie’. Die spelen uiteraard ook mee. In Utopia vormen de grappen en grollen van de nar een bron van groot vermaak, en ook bij ons kon de nar eeuwenlang ongestraft spotten met de koning, de adel, de geestelijkheid. En ‘al lachend zegt een zot de waarheid’… en komt hij er ook mee weg. Toch? In Aalst hebben ze daar zelfs een meerdere dagen durend feest voor uitgevonden. Het heet Carnaval.

De cursisten literaire creatie van de Academie voor Podiumkunsten Aalstmaken Een Gids voor Utopia,het gebouw waarin de Academie en de bibliotheek vanaf juni 2018 gaan samenwonen.U kunt nu voorintekenen op het boek tegen kortingen een gratis stadswandeling meemaken door het Utopische Land van Aalstonder leiding van de Zwette Maan. Alle info hier!




 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on January 08, 2018 05:02

December 22, 2017

Moge het licht niet weggaan in 2018...



Meer stiftgedichten:

 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on December 22, 2017 09:32

November 9, 2017

Iedereen auteur: cursussen creatief schrijven & de Lize Spit in elk van ons

Van de alf geleid - een stiftgedicht
In het gezegende jaar 1981 - ik was 19 en had nog haar - stuurde ik een luisterpel in voor een wedstrijd, georganiseerd door de BRT. De prijs kreeg ik niet, maar van mijn scenario werd wel een luisterspel gemaakt, dat ook op antenne kwam. De BRT wilde toen een gedifferentieerd aanbod luisterspelen brengen: een populaire comedy soap op BRT2 (later werd dat het legendarische Koekoeksnest), de meer ernstige maar best wel spannende stukken op BRT1 en de veeleer experimentele, zeer artistieke producties op BRT3. Alleen... in Vlaanderen waren er geen scenaristen voorhanden die een professionele opleiding hadden genoten. Dus sloeg men de handen in elkaar met Nederland, en gesteund door de Nederlandse Taalunie werd een eerste 'seminarie' voor luisterspelauteurs georganiseerd. Ik kreeg een uitnodiging om mee te doen, en had zo de gelegenheid een week lang te werken aan een audio drama, met professionele dramaturgen, regisseurs, acteurs, geluidstechnici uit Vlaanderen en Nederland. Het moet zo ongeveer de eerste professionele schrijfcursus in Vlaanderen geweest zijn, die daarna nog enkele zeer succesvolle edities heeft gekend. Toen in 1989 VTM het daglicht zag, en men daar volop wilde inzetten op Vlaamse fictie, waren er dringend scenaristen nodig die min of meer het klappen van de zweep kenden. En zo kwam die eerste generatie scenaristen-met-een-opleiding daar ook vrij snel aan de bak, terwijl ze uiteraard ook bij de BRT zelf konden 'doorgroeien' van de radio naar de televisie.

In het artikel dat vandaag verscheen in  De Standaard:  Iedereen auteur - het groeiende succes van schrijfcursussen. De Lize Spit in elk van ons  komen nog een paar andere succesverhalen aan bod. Lize Spit die een opleiding volgde aan de SchrijversAcademie, destijds gesticht door Erik Vlaminck als eerste meerjarige professionele opleiding voor en door schrijvers. Ik mocht er zelf nog even de module 'scenario schrijven' geven aan Kris Van Steenberge, die later Woesten op zijn naam zou zetten. Hij legt haarfijn uit waar zo'n cursus zoal goed kan voor zijn. Schrijven kun je tot op zekere hoogte wel 'leren', als je tenminste over het nodige talent beschikt... en als je een cursus hebt gekozen die resoluut kiest voor kwaliteit. Er is momenteel inderdaad sprake van enige wildgroei én er is een manifest 'gebrek aan kwaliteitsbewaking in de sector'.

De organisatie Creatief Schrijven werkt 'met leraars die de eigen tweejarige docentenopleiding hebben gevolgd' - zelf vind ik dat de wereld enigszins op z'n kop gezet. Het is niet omdat je schrijver bent dat je ook een goed docent creatief schrijven bent, maar het is evenmin zo dat je het schrijfambacht kunt 'leren' onderwijzen als je er zelf geen talent voor hebt en het niet min of meer professioneel beoefent. Ooit een leraar plastische kunsten ontmoet die zich zelf niet aan de plastische kunsten waagt? Of een muziekleraar die zelf geen muziek speelt? Een dichter, een proza- of toneelschrijver heeft het enorme voordeel dat hij het vak van binnenuit kent, dat hij het creatief proces zo goed als dagelijks in de eigen praktijk observeert, dat hij uit eigen ervaring weet wat het is met feedback (en dus kritiek) om te gaan. Voor een docent die niet schrijft, is dit uitsluitend theoretische, tweedehandse 'kennis'. Ik wil hierbij dan ook een flinke lans breken om potentieel goeie docenten creatief schrijven in eerste instantie te scouten onder de schrijvers zelf, zoals het destijds de filosofie was van de SchrijversAcademie. Dat geldt zeer zeker ook voor het DKO (Deeltijds Kunst Onderwijs).

Het literaire landschap is sinds 1981 onherkenbaar veranderd. De hele sector, 'de auteur' inbegrepen, is in die jaren onmiskenbaar professioneler geworden. Dat geldt ongetwijfeld voor het topje van de ijsberg dat 'van de pen kan leven', met dank aan louter verkoopcijfers en/of het bloeiende lezingencircuit, een subsidie van het Vlaams Fonds voor de Letteren, of een 'auto-subsidie' (zelf pleeg ik mijn literair werk al eens te subsidiëren door bijvoorbeeld goed betaalde jobs als scenarist aan te nemen).

De Vlaming schrijft zich een ongeluk luidde de titel van een ander artikel van Maarten Goethals (ook dichter) in dezelfde reeks: 'Vlaanderen telde vorig jaar 7117 Vlaamse auteurs die een boek op de markt brachten. Door de band genomen verkochten die gemiddeld 197 stuks per titel.' Het zijn duizelingwekkende cijfers. Er wordt alsmaar minder gelezen in Vlaanderen (en Nederland), maar de Vlaming (en de Nederlander) die nog iets doet met literatuur, doet dat in steeds grotere mate op een actieve wijze. Hij bedrijft zelf literatuur, consumeert niet langer louter passief. Sociale media, digitaal drukken of printing on demand en het online verkopen van boeken maken het plaatje compleet. Diensten - van redactionele aard, qua vormgeving,... - kunnen ingehuurd worden. De Vlaamse auteur heeft niet langer een Vlaamse of Nederlandse 'klassieke' uitgever nodig, en wie eraan denkt boeken uit te geven, kan veel makkelijker een van de '129 professionele uitgeverijen, met ongeveer 55 auteurs per fonds' opstarten, dan vroeger het geval was.
 
Met de 'literaire creatie' heeft het DKO een opleiding in huis van drie jaar, waarin aan de nodige kwaliteitsbewaking wordt gedaan en waarvan de kostprijs nog democratisch te noemen valt. Zelf geef ik al sinds 2004 en met zeer veel genoegen les aan de Academie voor Podiumkunsten in Aalst (onze blog heet Inkt moet vloeien!). Wellicht heeft ook een academie in jouw buurt de literaire creatie op het programma staan: zoek het uit op Literaire Creatie Vlaanderen .

De literaire tijdschriften van weleer, waarin aspirant auteurs samenkwamen om hun geschriften van feedback te voorzien, te redigeren, te publiceren en te promoten zijn grotendeels verdwenen. Maar zie, talloos vele nieuwe kernen ontstonden, waar talent kan ontdekt, gekanaliseerd, begeleid, tot wasdom gebracht worden, en die ook een platform kunnen bieden waarop dat talent aan de buitenwereld wordt getoond.

Geen zinnig literatuurliefhebber die daar iets op tegen kan hebben, toch?



 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on November 09, 2017 04:14

August 9, 2017

Legenden van Lagelande


(geest)
Kom enkom en -Ga met mij meenaar Parijs!
Vorige projecten rond "blackout poetry" (in het Nederlands: "stiftgedichten") kwamen grotendeels intuïtief tot stand. Ik heb daar al uitgebreid over geschreven in Eutopia/Blackout en Malemort/Blackout. 

Deze zomer heb ik zeer bewust een nieuw project aangevat, met dank ook aan het digitale-fotobewerkingsprogramma Picsart, waarmee de ver-beelding van de scenarist in mij (en de gemankeerde stripauteur) volop wordt aangesproken.


op een kerkhof slapendichter konniet
zie zelaat sporen naop de grondde natte grondlangs beeken bergen in een wei ineen put

Hoe dan ook, het Oost-Vlaams Sagenboek van Stefaan Top bleek een ideale inspiratie te zijn voor een serie Legenden van Lagelande, waarvan het 'format' zich nog het best laat omschrijven als 'collage-stiftgedicht'. Of iets van die strekking.

Een verhaal - of gedicht? - schrijven door te schrappen, woord & beeld met elkaar verbinden, en op basis van mijn favoriete onderwerpen - sagen, mythen, legenden - een parallel universum scheppen... Mmm, het lijkt me wel wat.



zie jedie og eniemandvolgt jeje kunt nietmeer adem en

Witte Middernacht
's nachtszag hij een schone witte poesen hij nam die meeen zie,daar zat een schone juffrouw te pronken op een stoel enZijzegt: 'Pakmij.'


 honderdtwintig jaar was hij
verdoold! Ik hoorde hem roepen - van de ene kantnaar de andere



 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on August 09, 2017 01:25

July 31, 2017

Malemort/Blackout: een paranormaal literair experiment


Enkele jaren geleden bracht ik bij wijze van paranormaal literair experiment de nacht door in een leegstaande, vervallen art nouveau woning. Die was me aangewezen door een aantal urban explorers, die beweerden dat het er spookte. Misschien had dat te maken met de tot de verbeelding sprekende naam Malemort, in smeedijzeren letters boven de imposante voordeur aangebracht. Het is de naam van een dorpje in Frankrijk, maar het woord laat zich ook interpreteren als een kwaaie – accidentele of gewelddadige – dood. Tenzij je het, met een dichterlijke vrijheid, wenst te vertalen als ‘het Kwaad is Dood’, niets is onmogelijk.


Maar er bleek meer te zijn tussen hemel en aarde… De foto’s die de urban explorers in Malemort hadden genomen, bleken achteraf stuk voor stuk gewist door een of ander virus, en vreemd genoeg – alsof er een vloek mee gemoeid was – hielden ook mijn foto’s ineens op met bestaan. En toen ik enige dagen na mijn paranormale nacht terugkeerde om het huis alsnog digitaal vast te leggen, bleek het inmiddels afgebroken.



Ik had het in mijn hoofd gehaald contact te maken met de entiteiten die vertoefden aan gene zijde, niet door de beproefde spiritistische techniek van het automatisch schrift te hanteren, maar net het omgekeerde te doen. Met een stift of tintenkiller en op basis van de meest uiteenlopende teksten wist de ‘blackout poet’ – ‘stiftdichter’ in het Nederlands – boodschappen uit van al dan niet literaire aard. Het is een avontuurlijke manier van schrijven, waarbij je schrijft door te schrappen. Maar ook wie zich aan ‘channeling’ wil begeven, kan het procedé toepassen.


Als magisch-realist, kon en mocht het voor mij allebei. Twee vliegen in één klap. Zodoende installeerde ik mij met mijn stiften aan een gammele tafel en ging aan het werk met de tijdschriften en kranten die ik had meegebracht. Uit Zuurvrij, het prachtig vormgegeven berichtenblad van het Letterenhuis, schrapte ik een intrigerend stuk bij elkaar over een tragische liefde die ‘ik’ hier vond, ‘onder de bomen, anderhalve eeuw geleden’. En uit mijn lijfkrant De Morgen distilleerde ik een bericht over een ‘eigenzinnige schoonheid’ die moest omkeren en komen, ‘als een wolkbreuk hartverscheurend direct’.


Dat vormde een veelbelovend begin. Maar toen kwam er niks meer. Ik besloot op onderzoek uit te gaan in het huis. Misschien viel er wel wat inspiratie te putten uit de gangen en kamers en geheime krochten van Malemort. Er bleken ook nog een handvol beschimmelde boeken in de bibliotheek achtergebleven. In het licht van mijn zaklamp ontdekte ik een roman van Lode Zielens (Het Duistere Bloed), een biografie van Ernest Claes en een van Felix Timmermans, een bloemlezing gedichten (Dietsche Balladen) en werkjes over P.B. Shelley en William Shakespeare – stuk voor stuk in oude spelling. Maar mijn blik bleef haperen bij een Werk van de H. Carolus Borromeus, uitgegeven in Geeraardsbergen, dat de stichtende titel droeg: De Giftmengster, en andere boeiende verhalen voor de jeugd en het volk. Toen ik even door het boek bladerde, zag ik dat één van die boeiende verhalen Malemort heette. In het boek prijkte trouwens ook een met de hand geschreven ex-libris.


Ik nam de literaire schatten mee naar mijn werktafel en in het licht van een olielamp begon ik naarstig te schrappen. Alle teksten uit Deel 1 en Deel 2 werden die nacht gemaakt. Toen de ochtend in de lucht kwam, ging ik naar huis. De boeken nam ik mee. Een aantal stiftgedichten heb ik later gebruikt voor Eutopia/Blackout , waarin ik ook een essay opnam over channeling en blackout poetry.

Maar ik wist geen raad met de meeste teksten die gedurende die ene nacht tot stand waren gekomen: al hoorden ze ontegensprekelijk bij elkaar, ik zag de samenhang niet. Tot ik aan de slag ging met Het Duistere Bloed – waaruit ik eerder al enkele bladzijden had gebruikt in Deel 2 – en er, inderdaad, een soort ‘verhaal’ tevoorschijn kwam.



Beste lezer(es), omdat we zo goed als alle context missen, valt er nog heel wat te interpreteren. Stelt de Giftmengster niets méér voor dan alleen maar een grapje, en werd niet links of rechts een hinderlijke echtgenoot uit de weg geruimd? Communiceren twee geliefden met elkaar over de dood heen, en gebruiken zij de blackouts als go-between, als ‘medium’ in alle betekenissen van het woord? Heeft de ene de andere opgeroepen? Het is aan u om daar, in alle vrijheid, over te oordelen.



U kunt Malemort/Blackout rechtstreeks bestellen via info@inter-actief.be aan 20 euro, waarna u het boek (92 bladzijden, waarbij bijna de helft in kleur, wit glanzend papier, 200x200 mm) bij u thuis bezorgd krijgt. Binnenkort komt het ook beschikbaar in de (online) boekhandel aan 24,95 euro.
 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on July 31, 2017 04:30

July 21, 2017

Channeling An Ancient Alien - Blackout Poetry & Collages



Support independent publishing: Buy this book on Lulu.
Mijn eerste Engelstalige boek is een verzameling "blackout poetry" (stiftgedichten). Ik citeer van de flap:
'So, let’s go on a trip without knowing where it will bring us, open your mind for whatever crosses your path, let the Spirits speak to you… And when the Inspiration comes, just follow the flow and lead it through the appropriate channels. Is it the Universal Mind, the Work of Angels, the Wisdom of an Ascended Master, the Message of a Spirit Guide who made his transition? I’m an agnostic, I don’t know. But this is what came through the channels opened by the books and brochures, leaflets and annotations, and the many, many mails and letters written and received by my friend Filip Coppens (1971-2012), also known as the alternative history author Philip Coppens, back in the nineties…'
Enkele uittreksels in kleur (de stiftgedichten in het boek zijn zwartwit):









 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on July 21, 2017 00:13

May 1, 2017

Game App bij toneelstuk "Frankenstein" van Hugo Matthysen, door Jetie+


Wij hopen dat je ten zeerste zult genieten van, maar ook opletten bij de voorstelling Frankenstein, of het Geheim van Smrntwsk. Want voor wie er bij was – zo krijgen de afwezigen dubbel ongelijk! – hebben wij een kleine verrassing in petto, waarmee je nog een tijdje kunt nagenieten. In hun Frankenstein Goodie Bag (bestaande uit 100% gerecycleerd materiaal) vinden de toeschouwers namelijk een Geheime Code, die toegang verleent tot een heuse Game App. Die bevat een heuse Prettig Gestoorde Quiz rond het maken van de voorstelling... en de winnaar of winnares mag zich verwachten aan een schitterende prijs, want bij die persoon komen wij heel erg graag en helemaal gratis de hersenen van Baboesjka Simons eigenhandig transplanteren, zodat je voortaan ook zelf die heerlijke Smrntwskse Zwupsen kunt bekokstoven!

De Prettig Gestoorde Quiz The Making Of speel je als volgt:1./ Ga naar www.ojoo.com of de App Store (voor iPad en iPhone) of  Google Play (voor tablet of smartphone). Je kunt de Quiz niet spelen op PC of laptop. Neem een gratis OJOO account en download OJOO op je toestel.2./ Zoek op Spel: “Frankenstein”. Of klik op deze link: 
http://studio.ojoo.com/Games#/7a842cec-5e20-424d-8851-cca6be68f975
3./ Klik op “Frankenstein – The Making Of” en voer de code in (alleen voor toeschouwers, ze vinden die in hun Goodie Bag). De Quiz wordt nu op je toestel gedownload.

4./ Speel het Spel. Zodra “Frankenstein – The Making Of” op je toestel staat, heb je geen internet meer nodig.5./ Speel andere OJOO Games van vzw de Scriptomanen:Parijs Onderhuids - Gratis Game App voor City Trip & Quiz -  http://www.inter-actief.be/parijs-onderhuids-app-voor-city-trip-game-quiz/   In & Om het Stedelijk Museum Aalst -  http://www.inter-actief.be/in-het-museum/  City Game Apps - http://www.inter-actief.be/city-game-apps/  Moordspel -  http://www.inter-actief.be/moordspel/

Alle info & tickets : www.jetie.be


'Frankenstein, of het geheim van SMRNTWSK' van Hugo Matthysen in de versie van JETIE met een regie van Patrick Bernauw is een bijzonder muzikale en ook zeer absurde komedie geworden. Verwacht u bijgevolg aan het onverwachte, aan een knettergek café chantant, aan prettig gestoord theater in de sfeer van Monty Python.

Victor Frankenstein heeft in the middle of nowhere – het achterlijke boerengat Smrntwsk – een kasteel geërfd van zijn overgrootoom. Bij nader inzien blijkt dat een ruïne te zijn. Geld om het kasteel te saneren is er niet, maar gelukkig vindt de knecht van Frankenstein in de stoffige archieven een werkje van zijn overgrootoom Zoltan, getiteld: 'Hoe maak ik een Fatsoenlijk & Hardwerkend Mens'. Frankenstein gaat aan de slag en zorgt daarmee voor de nodige beroering onder de Smrntwske bevolking.Maar wat is het dat burgemeester Znjerp en de Gezusters Karamazow met alle mogelijke middelen proberen te verbergen? Heeft de blinde zieneres Ilona iets gezien? Vindt de plaatselijke schone Raïsa nog een nieuwe bewonderaar, nu massamoordenaar Janosj de Pianist het tijdelijke voor het eeuwige heeft geruild?

 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on May 01, 2017 00:08

April 5, 2017

Frankenstein vond geschikte hersenen in koelkast te Erembodegem!



"Frankenstein, of het geheim van SMRNTWSK" van Hugo Matthysen in de versie van Jetie+ (alle info hier!) en een regie van Patrick Bernauw is een bijzonder muzikale en ook zeer absurde komedie geworden. Verwacht u bijgevolg aan het onverwachte, aan een knettergek café chantant, aan prettig gestoord theater in de sfeer van Monty Python, aan een Veelkoppig Monster en . . . Smrntwske zwupsen!

Victor Frankenstein heeft in the middle of nowhere – het achterlijke boerengat Smrntwsk – een kasteel geërfd van zijn overgrootoom. Bij nader inzien blijkt dat een ruïne te zijn. Geld om het kasteel te saneren is er niet, maar gelukkig vindt de knecht van Frankenstein in de stoffige archieven een werkje van zijn overgrootoom Zoltan, getiteld: “Hoe maak ik een Fatsoenlijk & Hardwerkend Mens”. Frankenstein gaat aan de slag… en zorgt daarmee voor de nodige beroering onder de Smrntwske bevolking.

Want wat is HET, dat burgemeester Znjerp en de Gezusters Karamazow met alle mogelijke middelen proberen te verbergen ? Heeft de blinde zieneres Ilona iets gezien? Vindt de plaatselijke schone Raïsa nog een nieuwe bewonderaar, nu massamoordenaar Janosj de Pianist het tijdelijke voor het eeuwige heeft geruild ?

Al deze en nog veel meer vragen worden beantwoord op 6, 7, 12 en 13 mei... in Smrnerembodegemtwsk!

Snapshot repetitie'toneeltongkussen voor gevorderden'want Frankenstein is ook een romantisch drama!

 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on April 05, 2017 08:26

March 20, 2017

Frankenstein... The Making Of (Rekwisieten & Kostumering)


Gezuster Karamazov 1
Het is algemeen bekend dat het Monster van Frankenstein volledig uit gerecycleerde onderdelen bestaat. Dat is ook het geval met de toneelproductie van Jetie+ waarin dit Monster een centrale rol speelt: alle info hier!



In de handleiding Hoe maak ik een Fatsoenlijk & Hardwerkend Mens lezen we hierover het volgende: "Benodigdheden: vijf kilo plaaster, tien meter koperdraad, drie konijnenvellen, een plank van acht op tien centimeter ­ ongeveer acht millimeter dik, kaarsvet, zes meter varkensdarm, schuurpapier, een schaar..." 
Gezuster Karamazov 2
Voor de regie van het stuk Frankenstein, of het geheim van Smrntwsk van Hugo Matthysen leek het mij dan ook aangewezen deze aanpak door te trekken bij de rolverdeling, en uitsluitend te werken met gerecycleerde acteurs & trices. Om de ex-Jeties duidelijk te definiëren als tweedehands materiaal, worden ze dan ook consequent Jetie+ (spreek uit: Jetieplus) genoemd. Ze hebben immers als het ware een tweede leven gekregen.
Gezuster Karamazov 3
Het concept om uitsluitend 100% gerecycleerd materiaal te gebruiken, werd ook doorgetrokken wat de rekwisieten betreft. Zo wordt er uitsluitend gebruik gemaakt van afval, gerecycleerd uit de daartoe bestemde vuilnisbakjes. Uiteraard desinfecteren wij dit eerst grondig, zoals hierbij wordt gedemonstreerd door de eeneiïge vierling, beter bekend als Gezusters Karamazov 1, 2, 3 en 4. 
Gezuster Karamazov 4
Wat de kostumering betreft, werd deze artistieke en ethisch-esthetische lijn vanzelfsprekend doorgetrokken. Door onderstaande fotoreportage wordt bijvoorbeeld geïllustreerd hoe drie Jetieplussers erop uit gestuurd werden om enige min of meer passende kostuums bij elkaar te scharrelen.










 •  0 comments  •  flag
Share on Twitter
Published on March 20, 2017 10:29