Twijfel.
Dat moment waarop je de draaideur binnenstapt, ik weet nooit wanneer dat is, want de ene keer ben je te vroeg en schuifel je voetje voor voetje met je neus tegen het glas verder en de andere keer sta je klem met je rug tegen de achterwand, het is een kwestie van timing en tegen jezelf zeggen: nú ga ik. Pas als je gaat twijfelen, gaat het mis. Eenmaal binnen besloot ik wat te gaan eten op de zesde etage, met het beste uitzicht van Amsterdam, waar je vanaf het IJ helemaal uitkijkt tot aan het torentje van de Nieuwmarkt. Ik bestelde een kom soep met een stuk brood erbij, voor vijf euro, maar de soep was veel te waterig en alleen op de bodem dreven wat stukken ui en aubergine. Ik zat aan een klein tafeltje in de hoek, en de brasserie zat vol met mensen, veel toeristen die grote borden met patat aten, en ondertussen las ik in het boek van Esther Freud, Hideous Kinky. Ik was er al een paar weken eerder in begonnen, en gestopt, maar nu las ik het weer, omdat ik dacht dat ik er misschien toch wat van kon opsteken, details die ik voor mijn verhaal kon gebruiken. Toen ik mijn tafel verliet om nog wat te gaan schrijven, zag ik door de hoge ramen dat het regende en waaide, en de tafeltjes op het mooie buitenterras waren verlaten, terwijl van de week de mensen daar nog zaten te lunchen en wijn dronken in de warme voorjaarszon. Ik gaf twintig cent aan de toiletdame en toen ik de toiletten binnenliep kwam op dat moment een vrouw naar buiten gelopen die voor de wasbak nog haar broek stond op te hijsen, ze hijgde en zweette een beetje, en ik koos voor het hokje dat ná haar vrijkwam. Daar twijfelde ik niet over.