Wij slaven van Suriname Quotes

Rate this book
Clear rating
Wij slaven van Suriname Wij slaven van Suriname by Anton de Kom
2,949 ratings, 4.30 average rating, 416 reviews
Wij slaven van Suriname Quotes Showing 1-6 of 6
“Wat zou Suriname zonder de arbeid der slaven waard geweest zijn? En toch is er voor deze Surinamers bij de zogenaamde emancipatie niets gedaan, in niets is men de arme vrijgelatenen tegemoetgekomen, integendeel, de hele emancipatie der slaven werd zo ingericht dat de vrijgelatenen geen andere keus zouden hebben dan het vrijwillig weder opnemen der slavernij die men zojuist wettelijk afgeschaft had.”
Anton de Kom, Wij slaven van Suriname
“Geen beter middel om het minderwaardigheidsgevoel bij een ras aan te kweken, dan dit geschiedenisonderwijs waarbij uitsluitend de zonen van een ander volk worden genoemd en geprezen. Het heeft lang geduurd voor ik mijzelf geheel van de obsessie bevrijd had, dat een neger altijd en onvoorwaardelijk de mindere zijn moest van iedere blanke.”
Anton de Kom, Wij slaven van Suriname
“Geen volk kan tot volle wasdom komen, dat erfelijk met een minderwaardigheidsgevoel belast blijft.”
Anton de Kom, Wij slaven van Suriname
“Slechts op de smalle strook langs de zeekust, hier en daar aan de monding der grote rivieren, op de allervruchtbaarste alluviale gronden waait het rood, wit en blauw van de Hollandse driekleur.
Rood -
'Kijk moeder' zegt verwonderd het kleine blanke jongetje uit het prachtige boek Omdat ik zwart ben van Madeleine Pax - 'ziet U wel dat die negers ook rood bloed hebben?'
Wit -
De kleur van de vredesverdragen van Crommelin.
En blauw? -
De kleur van onze tropenhemel, waarheen wij door de donkere bladeren onzer bomen opzien om in de fonkelende glans der sterren de belofte van een nieuw leven te lezen?
Nee, dat is het diepe blauw van de Atlantische Oceaan, waarover eenmaal de slavenhalers hun Afrikaanse buit, hun levende koopwaar, onze ouders en grootouders, naar hun nieuwe vaderland Sranang voerden.”
Anton de Kom, Wij slaven van Suriname
“Wat dreef de blanken naar deze 'wilde' kusten? Welke roeping bezielde hen? Welke tijding, welk geluk, welke beschaving hadden zij aan dit vrije en gelukkige volk te brengen? Kwamen zij, de eerste Spanjaarden die onze kust bezochten, aan Guyana de zegeningen brengen van autodafe en inquisitie? Brachten zij, in naam van Christus, de verdraagzaamheid over, die Spanje destijds toonde tegen joden en Moren, of de blanke beschaving van het rad, of de brandstapel en andere tutoren? Was dit de rechtstitel voor hun invasie? Of kwamen zij slechts in het geel en rood van hun vlaggen de boodschap brengen, dat goud altijd met bloed gekocht wordt?
Wij laten de feiten antwoord geven.”
Anton de Kom, Wij slaven van Suriname
“Slechts op de smalle strook langs de zeekust, hier en daar aan de monding der grote rivieren, op de allervruchtbaarste alluviale gronden waait het rood, wit en blauw van de Hollandse driekleur.
Rood -
'Kijk moeder' zegt verwonderd het kleine blanke jongetje uit het prachtige boek Omdat ik zwart ben van Madeleine Pax - 'ziet U wel dat die negers ook rood bloed hebben?'
Wit -
De kleur van de vredesverdragen van Crommelin.
En blauw? -
De kleur van onze tropenhemel, waarheen wij door de donkere bladeren onzer bomen opzien om in de fonkelende glans der sterren de belofte van een nieuw leven te lezen?
Nee, dat is het diepe blauw van de Atlantische Oceaan, waarover eenmaal de slavenhalers hun Afrikaanse buit, hun levende koopwaar, onze ouders en grootouders, naar hun nieuwe vaderland Sranag voerden.”
Anton de Kom, Wij slaven van Suriname