Fragmentje – Aldus Sybren
Onderstaand fragment komt uit het eerste hoofdstuk van Aldus Sybren. Sybren woont net bij zijn oom in Nederland en er komen twee familieleden op bezoek, die de nicht die een neef is geworden eens willen bekijken. Sybren is er … niet zo blij mee.
Met drie kopjes Senseo-koffie en een mok thee voor mezelf liep ik de woonkamer weer in.
‘En hoe voelt het om weer in Nederland te zijn?’ vroeg tante An na een korte stilte. ‘Kun je al een beetje wennen hier?’
Ik schokschouderde.
‘Ach, natuurlijk,’ zei oom Harold geringschattend. ‘Ze is toch gewoon Nederlands. Die paar jaartjes aan de andere kant van de grote plas…’
‘Har!’ Tante An keek hem waarschuwend aan.
‘Wat?’
‘Wat hadden we nou afgesproken?’
‘Wat?’
‘Hij!’ fluisterde tante An nadrukkelijk. ‘Weet je nog?’
‘Hij wat? O! Juist.’ Oom Harold schraapte zijn keel. ‘Neem me niet kwalijk hoor. Het is even wennen.’
Dat snapte ik. Ik ontspande.
Met een afstandelijk soort interesse luisterde ik naar de politieke discussie tussen mijn beide ooms. Ik had altijd het idee gehad dat de regering in Nederland wel wist wat ze deed, maar afgaand op het gesprek leek er nooit een incapabeler kabinet te zijn geweest.
‘Het is in ieder geval geen Bush,’ zei ik met een grijnsje.
‘Heb jij niet op hem gestemd dan?’ vroeg oom Harold.
‘Natuurlijk niet! Ik stemde voor Obama.’
‘Bush had ook goede punten.’
Daar wilde ik niet eens antwoord op geven.
‘Hij wist tenminste van aanpakken. Dat missen we hier in Nederland: aanpakken. Je had beter in Amerika kunnen blijven.’
En daar ook niet op. Diep van binnen gaf ik oom Harold gelijk, al was dat om redenen die hij niet zou begrijpen.
‘Volgens mij zijn de meisjes daar ook leuker,’ vervolgde hij met een twinkeling in zijn ogen.
‘Kan wel.’ Ik nam een slok thee. Te heet nog, en ik focuste me op de pijn in mijn tong.
‘Ach kom, je bent toch niet blind?’
‘Ik kijk naar mannen.’
Oom Harold staarde me aan. ‘Maar… je wil toch man zijn? Dan kijk je toch naar vrouwen?’
‘Ik bén een man. Een gay man.’ In mijn borst gloeide iets wat niet de thee was. Mijn kaak verstrakte.
‘Had je dan niet beter een meisje kunnen blijven?’ vroeg tante An voorzichtig. ‘Dan is het vast makkelijker om iemand te vinden…’
‘Maar de rest zou moeilijker zijn.’ Hopelijk moesten ze nog een heel eind rijden en zouden ze op tijd vertrekken. Over twee minuten bijvoorbeeld. Of nu.
‘Wat knap dat je er dan toch voor gegaan bent, als je weet dat je alleen zult blijven. Moedig hoor.’
Ze straalde alsof ze me een enorm compliment had gegeven.
‘Hoe ga je nou om met depressie?’ ging ze verder. ‘Heb je daar pillen voor?’
‘Excuse me?’
‘Veel trans-sek-su-e-len,’ tante An dempte haar stem, ‘zijn toch depressief? Dat is in het nieuws. Over zelfmoord.’ Ze wierp me een blik vol medelijden toe.
‘Ik ben niet depressief,’ zei ik zo vrolijk mogelijk.
‘Je bent wel somber,’ zei oom Willem ongevraagd. ‘Vroeger was je blijer.’
Ik wist zeker dat dat niet waar was. ‘Vroeger woonde ik niet in Nederland.’
‘Van dat weer hier word ik ook somber!’ Oom Harold lachte luid.
‘Har!’ siste mijn tante weer. ‘Je moet het niet bagatelliseren! Dan denkt ze dat je haar niet serieus neemt. Hem. Sorry. Sorry, Sybren.’
Ik sloeg mijn benen over elkaar en vouwde beide handen om mijn theebeker. De glimlach die ik op mijn gezicht dwong, leek er met een bot mes te zijn ingekerfd.
‘Dat moet je niet doen, hoor,’ zei oom Harold, wijzend naar mijn benen. ‘Zo zien ze meteen dat je eigenlijk een vrouw bent, als je zo zit.’
Naast me ging oom Willem haastig verzitten.
‘Ik ben niet eigenlijk een vrouw,’ zei ik met opeengeklemde kaken. ‘Nooit geweest.’
‘Je begrijpt wel wat ik bedoel. De natuur kun je niet veranderen, een echte man zul je nooit worden.’
‘Har! Hier hebben we het ook over gehad.’
‘Ik mag toch zeggen wat ik vind?’
‘Waarom denk je dat het mij iets kan schelen wat jij vindt?’
Mijn gezicht voelde koud aan.
‘We zijn familie,’ sputterde mijn tante.
‘Familie moet eerlijk tegen elkaar kunnen zijn,’ vond mijn oom.
‘Kan ik ook eerlijk zijn dan en zeggen dat ik geen fuck geef over jullie mening over mijn leven en mijn keuzes?’ Mijn keel schroefde zich dicht en ik knarsetandde.
‘Nou nou,’ zei oom Harold. ‘Dat is ook niet nodig, wel? Echte mannen laten zich niet zo gaan, weet je, die hebben hun emoties onder controle.’
‘Goed dat ik geen echte man ben dan, hè?’
Oom Harold zat eindelijk om woorden verlegen en tikte gemaakt nonchalant met zijn vingers op zijn knie. Tante An rommelde in haar tas op zoek naar god mocht weten wat.
Ik verbrak de stilte door mijn theebeker op de plavuizen te smijten. Het witte porselein spatte alle kanten op.
‘Oops. Sorry,’ zei ik als reactie op de geschokte blikken van mijn familieleden, alsof het een ongelukje betrof. ‘Ik zal het even opschonen.’
‘Laat mij maar,’ zei oom Willem haastig. Hij raapte de grootste stukken aardewerk van de grond en legde ze op de salontafel. Het oortje was nog heel.
‘Willen jullie nog een kopje koffie?’
Published on July 11, 2016 09:53
No comments have been added yet.