De klachten over slechte spelling, ontlezing, slordige uitspraak, dalend niveau van het onderwijs, invloed van sms-taal en het gebruik van Engelse leenwoorden zijn niet van de lucht. En zelfs degenen die niet klagen, erkennen dat er op taalgebied onthutsend veel we lezen en schrijven anders dan tien of twintig jaar geleden. Wat overkomt ons? Volgens taalhistoricus Joop van der Horst zijn deze ontwikkelingen te zien als een wisseling van taalcultuur, die zich niet alleen in Nederland maar in alle westerse landen voltrekt. Onze idee‘n over taal, spelling, woordenboeken, grammatica en onderwijs zijn in de Renaissance ontstaan. Wat we momenteel beleven is het einde van die Renaissance-taalcultuur, en het begin van een radicaal andere omgang met taal. Het einde van de standaardtaal is behalve een prikkelend betoog ook een buitengewoon heldere en levendige geschiedenis van de geschreven en gedrukte taal zoals die zich vanaf de Renaissance heeft ontwikkeld.
Het boek is verplichte kost voor iedereen in het taalonderwijs (aan hen is het boek ook opgedragen), voor iedereen die werkt met taal of houdt van taal, of gewoon voor wie geboeid is door wat er omgaat in onze tijd. De wereld zal niet vergaan zonder standaardtaal, maar ze zal wel heel anders zijn.
dit was stiekem in juni al uit maar voor m’n examen fonetiek en fonologie morgen mag dit eigenlijk ook blijven staan. m’n rating komt na m’n punten, dus pas op … (grapje, dit was eigenlijk echt interessant, maar hoe geef je hier sterren op?)
Toen de quarantaine nog jong was en ik hyper zorgde dit boek voor de nodige, intellectuele verstrooiing. Meermaals probeerde ik een voorbijkomend slachtoffer (mama, papa of zus) te voeden met woorden van deze schrijver. Dit boek geeft niet alleen inzicht in het leven van de taal zelf, maar maakt ook een schets van de (talige) mens en zijn/haar veranderlijke relatie tot de rijke Taal (geschreven met een hoofdletter, want verdorie wat zouden we zonder doen?) Bon, graag gelezen dit.
Joop van der Horst weet duidelijk waar hij over praat. Het is een zeer interessant boek (ik heb er geen spijt van dat mijn professor dit boek uitkoos om te lezen), dat vele nieuwe inzichten biedt. Ondanks het feit dat hij soms uitwijdt en twijfelt is zijn standpunt duidelijk: het is het einde van de standaardtaal. De wisseling tussen de standaardtaal (uit de Renaissance) en de nieuwe taalcultuur is al bezig. Het boek leest ook ongelofelijk vlot, al heb ik er toch een paar weken over gedaan aangezien ik het boek onder tussen samenvatte (zodat ik het niet opnieuw moest lezen vlak voor mijn examen) (en ik ben even gestopt omdat andere schooltaken even voor gingen). Door de veelheid aan herhaling duurt het wel even voor dat karwei opgelost was. Deze herhaling is natuurlijk handig tijdens het lezen, al ben ik er zeker van dat het boek met een minderheid aan herhaling ook nog goed leesbaar geweest zou zijn. Normaal lees ik niet graag boeken met een ik-vorm - ook als het non-fictieve, wetenschappelijke boeken zijn - maar bij dit boek stoorde het me helemaal niet. Joop van der Horst is een erg vriendelijke en grappige man (als je ooit de kans hebt om een college van hem bij te wonen: zeker doen! (zelfs als je de topics niet zo interessant vindt)) en dat komt ook duidelijk naar voren in het boek.
Heb me er niet zo mee vermaakt. Het is een "essay" van 350 pagina's, dan voel je de bui natuurlijk al wel hangen… Soort van half-wetenschappelijk half-informeel, en daardoor eigenlijk beiden nét niet. Jammer! Onderweg wel veel leuke trivia geleerd.
"Het einde van de standaardtaal" is een verrassende eye-opener (use of English intended). De standaardtaal is (of is bijna) niet meer. Zoals van der Horst zelf zegt, stoot zo'n uitspraak vaak op ongeloof. Of ik het zelf geloof is ook maar de vraag. Toch geeft dit werk een zeker inzicht in wat wij vanzelfsprekend vinden aan "onze" taal, en wat helemaal niet zo vanzelfsprekend is. Ik ben nu cynisch over het woord "onze", want wat is nu eigenlijk "onze" taal?
Van der Horsts boek maakt duidelijk dat wat wij als taal kennen eigenlijk een construct is uit de renaissance. De standaardtaal is een fictie die wij tot werkelijkheid gemaakt hebben. Niemand zou er, natuurlijkerwijs, opkomen om "ik word" zonder t en "jij wordt" met dt te schrijven. Wat is er mis met "ik wort" en "jij wort"? Fonologisch gezien is dit toch bijna hetzelfde. Aldus uitgelegd in het boek: onze vaste spelling, woordenschat en grammatica zijn maaksels van de renaissance, die nu op hun terugkeer zijn.
Een uitgebreide bespreking van van der Horst ideeën is hier niet nodig. Daarvoor verwijs ik jullie naar het boek zelf. Daarbij geeft de auteur zelf herhaaldelijk toe dat hij "het niet weet". Hij stelt alleen de verandering vast, oorzaken zijn hier niet van toepassing. Juist dat maakt hem meer geloofwaardig. Taalverandering is zo'n complex gegeven dat het vermelden van een (één) oorzaak nogal kort door de bocht zou zijn. Wel is duidelijk dat in de acht jaar sinds het verschijnen van dit boek het verdwijnen van de standaardtaal zich steeds meer heeft voltrokken. Van der Horst vraagt: "is dat erg?" Misschien niet. Misschien is het tijd voor een nieuw soort taal. Velen onder jullie hebben ongetwijfeld geen problemen ondervonden in die laatste zin, hoewel "een nieuwe soort taal" correcter zou zijn geweest. Ten minste, volgens onze uitstervende standaardtaal. Ook niet opgemerkt dat "ten minste" "tenminste" had moeten zijn. Het maakt tegenwoordig allemaal niet meer zo uit. We moeten elkaar gewoon kunnen begrijpen en, ook dat bewijst van der Horst, lukt momenteel nog steeds.
Hoewel het boek met momenten traag is en vaak in herhaling valt, bevat het toch een heldere uiteenzetting van van der Horsts mening. Ik zeg bewust mening, aangezien zelfs de uitvoerige bibliografie dit boek niet tot een wetenschappelijk onderzoek kunnen maken. Maar ook dit geeft van der Horst zelf toe in zijn inleiding: "Dit boek is een essay, geen wetenschappelijke studie." De inconsistentie in het citeren (nu eens in vertaling, dan weer in het origineel met vertaling in voetnoot, dan weer zonder vertaling) is een struikelblok, maar onderstreept van der Horsts inzichten: het meeste is begrijpbaar, dus waarom zou het van belang zijn alles te vertalen? Doorheen zijn boek klinkt duidelijk de visie dat taal niet meer in hokjes te duwen valt: ook het boek is een continuüm van taal, waarin van de ene naar de andere wordt overgegaan alsof het niets is.
Tot slot: iedereen die wel eens klaagt over andermans of eigen taalgebruik, over het verloederen van de taal bij de jeugd en niet-meer-zo-jeugd van tegenwoordig, moet dit boek eigenlijk lezen. Het staat je nog steeds vrij daarna dt-fouten en spellingsinconsistenties uit teksten te halen (want ondanks dit boek blijf ook ik dat belangrijk vinden en zal ook ik dat blijven doen), maar "Het einde van de standaardtaal" zal in elk geval je blik verruimen.
hmm wel interessante materie natuurlijk maar doordat alles verdeeld was in teeny tiny deelhoofdstukken had ik tegelijk het gevoel dat hij veel en weinig vertelde
Interessant. Ik weet nog niet zo goed wat ik hiervan vind. Het boek las als een spannende roman, ik ben na het eerste hoofdstuk direct doorgegaan naar het einde, want: - als in een echte 'whodunit' - wilde ik weten: verdwijnt de standaardtaal écht? Écht? Eigenlijk kreeg ik hier helemaal geen antwoord op. Van der Horst verwijst onvoldoende naar voorbeelden van nu, waar we allemaal mee zitten: moeten we nog blijven uitleggen aan onze leerlingen dat 'hun hebben' fout is of laten we dat allemaal los?
ik ben geen taal-wetenschapper, noch een kenner. maar ik vond dit wel een leuke introductie over de ‘standaardtaal’. ik heb nu wel een beter beeld over de historische context. an sich geen levensveranderend leesvoer, maar het voedt wel mijn drang naar kennis