Bijna anderhalve eeuw na zijn dood is Dostojevski nog altijd een van de bijzonderste maar ook controversieelste schrijvers uit de geschiedenis. Zijn invloed is bepalend geweest voor het Europese literaire landschap. Dr. Hans Boland maakt korte metten met de hardnekkige vooroordelen omtrent de nalatenschap van deze grote Rus. In de ‘vertaalperikelen’ die de rode draad vormen in zijn analyse van Misdaad en straf maakt Boland aanschouwelijk hoe funest een ‘academische’ insteek kan zijn voor de kunst van het vertalen.
Boland heeft behalve met monografieën over Dostojevski en Sint-Petersburg vooral naam gemaakt als vertaler van Alexandr Poesjkin en Anna Achmatova. Hij werd in 2015 gelauwerd met de Martinus Nijhoffprijs maar bedankte voor Poetins Poesjkinmedaille.
Hans Boland (Djakarta, 1951) is vertaler Russisch en onder andere bekend van het vertalen van de complete Poesjkin naar het Nederlands en van het vertalen van de poëzie van Anna Achmatova.
Boland kwam in 2014 in het nieuws omdat hij de prestigieuze Poesjkin-medaille, een Russische literaire onderscheiding, weigerde.
Boland schrijft zelf ook, onder andere De zachte held.
“Er is één ding dat ik altijd letterlijk uit het Russisch overbreng naar het Nederlands: het gebruik van ‘jij’ dan wel ‘u’. De Russen gedroegen en gedragen zich daarin anders dan wij, en ik vind het jammer en nergens voor nodig om dat verloren te laten gaan in de vertaling. Maar buitendien is er de signaalfunctie die de overgang van ‘u’ naar ‘jij’ dikwijls heeft: wanneer Dostojevski’s personages van ‘u’ op ‘jij’ overschakelen betekent dit dat er een seksuele relatie is ontstaan. In zijn tijd kon je daar immers niet rechtstreeks aan refereren. Dat Doenja Svidrigailov tutoyeert vanaf het moment dat hij bekent haar te willen verkrachten, en ook als dat voornemen van de baan is doorgaat hem te tutoyeren, is veelzeggend voor Dostojevski’s morele standaard: de intentie van een misdaad verschilt maar weinig van de misdaad zelf.”