Rogier Woerlee, bijna vijftig, gesettled in het huwelijk, in het bezit van twee volwassen kinderen en een uniek huis, staat op het hoogtepunt van zijn carrière. MIsschien is hij alleen wat gevoeliger, wat angstiger dan een ander, minder op zijn gemak in zijn bestaan en zijn huid dan je zou mogen verwachten. Verliefd op een jonge vrouw, langzaam vervreemdend van zijn omgeving, voelt hij zijn zekerheden wankelen; uiteindelijk komt hij in opstand tegen zijn zo zorgvuldig uitgestippelde bestaan. Als op de school waarvanh ij rector is dingen gebeuren waar hij geen raad mee weet, onttrekt hij zich aan zijn veratnwoordelijkheid en zet alles op het spel wat hem lief is. "Schaduwen in de middag", de nieuwe roman van Jan Siebelink (Velp, 1938), is een indringend verhaal over crisis en passie. De hoofdpersoon is een man van deze tijd: sterk én kwetsbaar, wolwassen én kinderlijk naïef; de vrouwen in het boek lijken allen beter toegerust dan de man om het mechanisme van de wereld te begrijjpen, omdat zij over meer elan en energie blijken te beschikken.
Rogier Woerlee is rector van een grote scholengemeenschap en hij heeft een echtgenote en twee kinderen. In beide situaties doen zich kwesties voor, in beide gevallen heeft hij de neiging zijn verantwoordelijkheden uit de weg te gaan. Daarover mijmert hij, de hele roman door, nu eens in de eerste persoon enkelvoud, dan weer in de derde persoon. Stilistisch is Siebelink erg vormvast in de overdenkingen van Rogier en hij laat binnen een alinea, ja binnen een zin scenes toe die zich op zeer verschillende momenten in de tijd en verschillend van plaats gesitueerd zijn. Dat is even wennen, maar er is aan die constructies te wennen. Dat maakt de roman niet per se sterk. Wat overduidelijk naar voren komt, is dat Rogier allengs zijn gevoel van eigenwaarde verliest. Dan is er bovendien de film met zeer omineuze inhoud, die hij samen met zijn vrouw Clara bekijkt. Hij heeft de neiging om daarvan weg te lopen, denkelijk ‘omdat het te dichtbij komt’ – een sleutelscene. De inhoud van de overpeinzingen leidt voor het overige tot weinig substantieels en dat vind ik een belangrijke zwakte van dit werk. Al met al levert dat wat mij betreft drie magere sterretjes op. JM